Krommepad

Krommepad

Het Krommepad heeft zijn identiteit zonder moeite verkregen. Voor deze kronkelweg was het moeilijk om een andere naam te vinden want historie heeft het niet. Wel valt er van het voor aan dit pad gelegen brinkje het een en ander te vertellen. Want daar ligt de bakermat van het Oosterend, het oostelijk gedeelte van het oude Laren, doorsneden met nog naamloze paadjes en weggetjes, die zich daar langzamerhand ontwikkelden. In de vorige eeuw stond op dit pleintje, onder de beschermende takken van de torenhoge iepenbomen, (helaas in 1928 aan de beruchte iepziekte ten offer gevallen) het brandweerhuisje. Een simpel bouwsel, de ene helft bergplaats voor de brandspuit en de andere kant bestemd voor het opsluiten van dronkaards en ongure personen. Bij deze bosjes hebben zich heel wat taferelen afgespeeld, waarbij de buurtbewoners dikwijls de politie een helpende hand moest bieden. Wat dikwerf op een burenruzie uitliep en in de hitte van de strijd kregen soms de dienders ook een paar rake oplawaaiers te pakken, waardoor de boosdoeners rap de benen konden nemen. Toen dit hok werd afgebroken werd deze plek benut voor opslagplaats van de door de Gooise Stoomtram aangevoerde goederen en levensmiddelen, bestemd voor het distributiehuis dat zich bevond waar heden de Gemeentewerf is aangelegd. Dit speelde zich af tijdens de Eerste Wereldoorlog, 1914–1918. De trambaan liep toen langs De Rijt.

De glorietijd van het inmiddels met eiken beplante brinkje, begon in 1937. Onder grote belangstelling van de burgerij, werd ter gelegenheid van het huwelijk van Prinses Juliana en Prins Bernhard op het brinkje door burgemeester van Nispen, een Gooise kei met het opschrift J.B. 7 januari 1937, plechtig onthuld. Heel Laren vierde uitbundig feest. De straten waren versierd met kleurige slingers, vlaggen, bloemen en erepoorten. De winkeliers wedijverden met hun versierde etalages en het Lippe Detmondlied weerklonk overal. Een paar jaar later begon de nachtmerrie van de Duitse bezetting. Op hun bevel moesten alle voorwerpen die deden denken aan het Oranjehuis opgeruimd worden. Met spoed haalden de mannen van Gemeentewerken de Kei van haar plaats en gaven het monument een veilige plek op de Gemeentewerf, een vijfjarige rustplaats. Na de bevrijding in 1945 werd door de bewoners van rondom de kei, met lorrie’s en ander materiaal, de kei uit zijn schuilplaats gehaald en met veel fanfare weer op de sokkel geplaatst. Rondom de Kei is in de bevrijdingsdagen mei 1945, toen Laren zeker 14 dagen lang een openluchtdancing was, uitbundig gefeest. De nachtmerrie van de vreselijke Duitse bezetting was voorbij en ondanks dat er nog gebrek was aan voldoende voedsel, was de vreugde niet te stuiten dat zich openbaarde in een dansmanifestatie, hetgeen ten gevolge had dat er van de sleetse schoenen helemaal niets meer overbleef. [uit: Laren door de straten heen, door Gerard Koekkoek]


Overzicht van straten in Laren | Berichten over het Krommepad op deze site: