Een rondje om ‘de kei’ in 1946
In de jaren vijftig was de bewoning om de Kei in Laren natuurlijk heel anders dan nu, een halve eeuw later. Ik kan me nog herinneren dat ‘onze winkel’ (1) was gevestigd op Torenlaan 14, tegenover de boerderij van ‘Lamme’s Kolenhandel’ (2). De kolen waren achter opgeslagen, dus van de hele handel was niets te zien. De familie die aan de voorkant van het woonde was familie ‘Ziel’.
Dit artikel is afkomstig uit Kwartaalbericht 155 [2021-1]. Leden van de Historische Kring Laren ontvangen dit kleurrijke glossy magazine 4 keer per jaar. U kunt hier lid worden. Losse nummers zijn à € 4 per stuk in de Lindenhoeve te koop, zolang de voorraad strekt.
Mary van der Schaal-de Valk
Daarnaast stond de boerderij van vrijgezel Jo Smit (3). Op zijn erf stond een ouderwetse pomp waar kinderen natuurlijk door werden aangetrokken en dat beviel Jo helemaal niet. Dikwijls stond hij buiten om een luchtje te scheppen, maar de omwonenden dachten daar anders over. Voorin deze boerderij was de handweverij ‘De Warrekam’ gevestigd. Daar werden prachtige stoffen ontworpen en geweven door de heer Koning en zijn zes werknemers. Deze handweverij is later naar Putten verhuisd. De straat ‘Krommepad’ overstekend kwam je bij de familie Kok (4). Ben Kok had achter zijn huis een klein limonadefabriekje. De weg ‘Oud Laren’ passerende stond de boerderij van de dames Smit en hun broer Meep (5). In de oorlog werd er ’s avonds in het donker melk gehaald door veel omwonenden, wat de redding is geweest van vele huishoudens en vooral voor mensen met een baby.
De Julianakei
Granieten kei gevonden in Hilversum langs (en ten westen van) de Lage Naarderweg, iets ten zuiden van de Witte Kruislaan. Opgegraven in oktober 1930 bij aanleg van de Lage Naarderweg naar Bussum. In 1936 op initiatief van P.J. Schiloo door de eigenaar Stad en Lande van Gooiland ter beschikking gesteld aan Laren om dienst te doen als gedenkteken van het huwelijk van Juliana en Bernhard. De kei is naar Laren vervoerd op 18 december 1936. In de steen werd het monogram ‘JB’, een kroon en de datum 7 januari 1937 gehakt door steenhouwer W. Hebing, naar ontwerp van P.J. Schiloo, directeur van gemeentewerken Laren. Onthulling op 7 januari 1937 door Burgemeester H.L.M. van Nispen van Sevenaer. Tegelijkertijd met de plaatsing van de kei werd ernaast een boom geplant. Deze gegevens zijn ontleend aan internet.
Daarnaast de garage van Jan Majoor en zoon (6). Zeer in trek bij de vrienden van Jan, omdat het zo heerlijk knutselen was in de garage als pa niet aanwezig was. Ik hoorde van vrienden van Jan, dat ze samen een klein zogenaamd autootje in elkaar hadden gesleuteld waarmee zij, als het donker was, stiekem om de kei konden rijden. Daar werd dan ook veelvuldig gebruik van gemaakt. Achter deze garage was later de weverij ‘De Knipscheer’ gevestigd (7).
Dan kwamen er twee winkels. De groenteman Koekoek (8) en daarnaast de kapsalon van de dames ‘Janolie’ (9).
Weer links daarnaast een particulier huis (10). Rechts woonde een mij onbekende familie en links de familie Vervoort waarvan ik alleen de naam weet.
Daarnaast de bakkerij ‘Van Wijk’ (11). Het rook er altijd heerlijk naar vers brood en met Pasen stonden op de toonbank de grootste paaseieren die je ooit gezien had! Naast de bakkerij, nauw aansluitend, had je slagerij De Vries (12), die nog altijd in bedrijf is.
Nu moeten we oversteken van de Torenlaan naar De Rijt, precies in het midden daarvan stond het kleine boekwinkeltje van ‘Bart’ (13). Je kon daar ook boeken lenen; een soort bibliotheekje. Later vestigde zich daar juwelier Bep van der Schaal.
Rechts op de hoek van De Pijl, vroeger Pijlsteeg, had schoenmaker Ranzijn zijn werkplaats (14). Aan de overkant van de Pijlsteeg hebben we winkel van de dames Alfrink (15). Zij verkochten alles op het gebied van breien, haken en wat er nog meer aan huisvlijt te vinden was.
Nu wordt het moeilijker want wat er naast de winkel van Alfrink zat, weet ik niet zo goed. Ik dacht dat voordat de poelier ‘Bor’ erin kwam, er een fietsenmaker heeft gezeten (16). Hopelijk weet u het nog? Zie ook het artikel over de De Rijt.
Nog een groenteman om de Kei. De groentewinkel van De Boer (17). Deze winkel is natuurlijk ook gemoderniseerd. Dan de kruidenier (18). Kees Vonk en zijn vrouw Maartje waren alom bekend om hun twee mooie dochters!
Een stuk naar achteren stond het huis van Jan de Leeuw (19), waar voorin de familie Bakker woonde; ‘meester’ Bakker was docent op de lagere school. Jan zelf woonde in het achterdeel van dat huis. In een keet, in zijn tuin, heeft de jongensschool in de oorlog nog twee leslokalen gehad, omdat de scholen gevorderd waren door de bezetter.
Hiernaast de zaak van Bertus Koster (20), manufacturen. Zijn voorraad haalde hij in Amsterdam. Een bekende uitspraak van hem als er iets uitverkocht was: “ik moet van de week toch in Amsterdam zijn en dan neem ik het wel mee”.
Daarnaast zat Jan de Valk (1), mijn vader, met zijn winkel in rookwaren annex kantoorbehoeften. Tussen de winkel van Koster en De Valk stond de garage van Koster (21). De ramen van onze huiskamer zaten aan de zijkant van het huis dus keken wij op de oprit naar de garage. In die tijd moesten de auto’s nog aangezwengeld worden. Dat lukte meestal niet direct, waardoor er nogal eens hilarische momenten vertoond werden.
Naast ons onder dezelfde kap was de winkel van de horlogemaker Jaap Wortel en zijn zussen gevestigd. Toen Jaap overleden was, zetten de gezusters de winkel voort in heiligenbeelden, communieartikelen, kerkboeken enz. Door ons kinderen; ‘de-Jezus-in-alle-matenwinkel’ genoemd’, tot grote ergernis van mijn moeder. Maar ja, iets wat verboden was, werd heel aantrekkelijk. Uiteindelijk heeft mijn moeder het opgegeven het ons te verbieden.
Dit is een opsomming van de winkels die in mijn jeugd rondom De Kei gevestigd waren. De enige winkel die er nog wel is, is de zaak van slagerij De Vries maar zeer waarschijnlijk met een andere eigenaar!