Vrijwilliger in het zonnetje: Bep (G.L.) De Boer geeft het nooit op

Vrijwilliger in het zonnetje: Bep (G.L.) De Boer geeft het nooit op

Wat heeft Bep (G.L.) De Boer, geboren op 16 november 1933 te Huizen, in zijn leven eigenlijk niet gedaan? Dat vroeg ik me vaak af bij onze redactievergaderingen als Bep iets vertelde over zijn avonturen als marinier op Aruba, over zijn werk als bezorger bij een delicatessenwinkel of over laten drukken van de eerste Kwartaalberichten bij zijn werkgever, Philips Telecommunicatie. Sinds ik in 2015 in de redactie kwam, ken ik Bep als een onvermoeibare redacteur die tal van bijdragen levert, meestal voorzien van foto’s. En ook bij het doorkijken van oude nummers of raadpleging van onze index kom ik de naam Bep heel vaak tegen. In oude nummers, vanaf 2010 nu ook integraal op onze website, zag ik dat Bep zijn vertrek aankondigde (2007-4: “Bep met pensioen?”) en later daadwerkelijk weg ging (2012-1: “Afscheid Bep De Boer: 30 maart”). Maar in werkelijkheid is de 86-jarige Bep actiever dan ooit, niet alleen als schrijver, fotograaf en archivaris. 

Dit artikel is afkomstig uit Kwartaalbericht 153 [2020-3]. Leden van de Historische Kring Laren ontvangen het kleurrijke glossy magazine 4 keer per jaar. U kunt hier lid worden. Losse nummers zijn à € 4 per stuk in de Lindenhoeve te koop, zolang de voorraad strekt.

Bep woont aan de Ericaweg en om bij zijn dubbele voordeur te komen, waarbij je na aanbellen meestal eerst alleen de bovenste helft van Bep kunt zien, moet je een opvallend geel hekje door en heb je ook al een blik kunnen werpen op een kleurige vensterbank vol door Bep zelf vervaardigde kunstwerken, waarvan een blauw-geel-rode vogel het meest in het oog springt. In zijn woonkamer beslaat één wand een boekenkast vol historische boeken, de meeste over Laren, en is de rest van de wanden bedekt met eigen gemaakte schilderijen en foto’s van familieleden. Op een ezel staat een schilderij met fraaie, witte wolkenstraten, waargenomen, zo zegt Bep, bij Eemnes in de buurt.

Bep was van begin af aan betrokken bij de 40-jarige Historische Kring, alle reden om hem eens flink in het zonnetje te zetten.

Wanneer in Laren?
Ik weet dat je in Huizen bent geboren en daar als kind de oorlog hebt meegemaakt, je vertelde er nog over in het vorige nummer, maar hoe en wanneer kwam je in Laren terecht?

Bep: “We zijn in 1945 verhuisd naar Amsterdam, waar mijn vader op de scheepswerf van de NDSM werkte. Hij moest elke dag op de fiets naar Bussum, met de trein naar Amsterdam CS en met de pont naar Noord. En ’s avonds terug. Maar Amsterdam was voor mijn moeder helemaal verkeerd, zij was ziekelijk, had reuma, maar we hadden water onder de keukenvloer, er liepen ratten, en de dokter zei: u moet terug naar de zandgrond. Na negen maanden konden we naar Laren, via een woningruil, er was daar een Amsterdammer die terug naar Amsterdam wilde. Ik zie de verhuizing nog voor me, we hadden een verhuiswagen van D.P. de Rond, mijn moeder zat voorin de cabine met mijn negen jaar jongere broertje, mijn vader en ik zaten achterin op twee makkelijke stoelen, met de klep open. Toen ik al dat groen zag bij Hoog-Laren werd ik er helemaal verliefd op. Dat groen had ik zo gemist! In Huizen liep ik vaak langs het strand van het IJsselmeer, vond daar schelpen en sneed er konijnenvoer in het gras. Dat groen weer te zien deed me zoveel. Ik ging in Laren naar school, toen tekende ik al. Ik heb mijn eerste olieverf gehaald in de boekhandel van Ton van Dinteren aan de Naarderstraat, ik voelde me een hele kunstschilder. Ik wilde graag naar de Kunstacademie maar daar was geen geld voor, mijn ouders waren platzak na de verhuizingen. We kwamen eerst op de Dammaat, maar dat huis lag op het noorden en was koud. De dokter zei tegen mijn moeder: ‘je hebt een ander huis nodig’ en toen kwamen we hier op de Ericaweg. Dit is mijn ouderlijk huis. In 1956 ben ik Joke tegengekomen. Zij werkte als gezinsverzorgster bij mijn moeder, daar ken ik haar van. Joke en ik zijn bij mijn ouders in gaan wonen en later werden wij de hoofdbewoners. Mijn moeder was 48 toen ze in 1958 overleden is. Daarna is mijn vader weer naar Amsterdam verhuisd, waar hij nog 31 jaar gewoond heeft.

Arbeidskaart
Je kon geen opleiding als tekenaar en schilder volgen, maar wat ben je dan wel gaan doen?

“Met 14 jaar kwam ik van de lagere school en moest ik op het gemeentehuis een arbeidskaart halen. Die had je nodig als je niet verder kon studeren, maar moest gaan werken. Ik ging aan het werk bij de Nederlandse Seintoestellen Fabriek (het latere Philips), in Hilversum. Ik zou beginnen in de drukkerij, maar het werd de boorderij. Gaatjes boren voor diverse producten. Je moest in zoveel tijd zoveel gaatjes geboord hebben. Ik werd er helemaal gek van, ik ben er drie maanden geweest en toen gillend de deur uitgelopen. Daarna kreeg ik werk dichter bij huis, ik werd spoeler bij Van den Brink & Campman. Maar bij dat spoelen werd ik helemaal rood van het stof. Ik heb dat een poosje gedaan en toen kon ik in het Delicatessenhuis van B.W.F. van der Maarel komen werken en ook naar school gaan, om een cursus voor het kruideniersdiploma te volgen. Ik werkte daar in het magazijn, in de winkel en als bezorger. Met een mand voorop de fiets. Op woensdag de boekjes met bestellingen halen en op vrijdag bezorgen van wat men besteld had. Op zaterdagavonden de winkel schoonmaken met warm water. Er waren geen putjes, dus moest het over de drempel worden geveegd. Om een uur of acht was ik thuis. Het waren lange dagen. Ik heb daarna weer in Hilversum gewerkt, dit keer bij de Vulpen-dokter. Ik moest ballpoints vullen, buisjes met een kogeltje erin. De baas daar vloekte nogal veel. Ook daar ben ik niet lang geweest. Toen kwam ik bij kruidenier Piet Mosterd op de Naarderstraat. Die had een knecht gehad die hem bestal. Ook naar mij was hij heel achterdochtig, ik had het gauw bij hem bekeken. 

Zo ging ik van hot naar her. Dat krijg je als je niet kunt worden wat je graag had gewild, want ik schilder en teken graag. Mijn moeder was costumière en op een keer stond er een vreemde man op de stoel en zij speldde een zoom van een broek af. Hij was een kunstschilder. Ik ben bij hem en verschillende andere kunstschilders in het atelier geweest, maar voor lessen moest betaald worden en dat geld was er niet, dus liet ik het maar zo. Ik heb wel een kruideniers- en middenstandsdiploma gehaald. In Bussum ging ik werken bij Warmolts Delicatessen, op de fruitafdeling. Dan moest ik met de baas naar de veiling om sinaasappelen te kopen. Dat was Ben Hosman. Die schilderde ook, daar had ik een leuke band mee. Ook had ik er veel vriendinnen, in het kledingatelier gooide ik wel eens mandarijnen naar ze toe. Aan de overkant was drogisterij De Eenhoorn en ook daar had ik vriendinnen.”

Marinier en marechaussee
Hoe zat het met je ervaring als marinier op Aruba, waar je wel eens over vertelde?

“In 1953 kwam ik in militaire dienst, bij de mariniers in Doorn en Rotterdam. Ik kreeg een commando-opleiding en stond reserve voor uitzending naar Nieuw-Guinea. Maar dat hoefde gelukkig niet. Ik ging wel naar de Antillen. Daar ben ik bijna twee jaar geweest. Toen we naar de West gingen, kwam Mimi van Aken, de vrouw van Bep van Aken, de huisschilder aan de Smeekweg, bij me of ik foto’s voor haar zuster wilde meenemen. We kwamen eerst aan op Curaçao. Ik moest in Willemstad naar Otrabanda en ging er met een taxi heen. Ze had er ook vrienden, we gingen naar de beach en we hebben daar heerlijk gezwommen. Daarna gingen we naar Aruba, waar de commandant, kapitein Dourlein, ons op de kade stond op te wachten. Die was als een vader voor zijn jongens. Toen ik 17 was haalde ik een EHBO-diploma bij het Rode Kruis in Bussum, ik heb steeds heel veel bijgeleerd. Ik ontdekte op Aruba een neef van moeders kant, met wie ik samen met anderen ging zwemmen in een baai. De neef was ziekenverpleger en ik kon met m’n EHBO-diploma die neef aflossen in dienst, ik kwam in de ziekenboeg, op Aruba. Ook hier heb ik heel veel geleerd, in zo’n ziekenboeg leer je de mensen echt kennen. ‘s Avonds in de kroeg gingen er heel wat biertjes doorheen, maar zelf was ik niet zo’n drinker. In de ziekenboeg kwam ik in contact met de landsdokter. Hij zei: ‘meneer Bertus, ik heb een leuke baan, beheerder van het militair tehuis’. Hij was al bij de commandant geweest en zijn zegen had ik. Het was een KMT (Katholiek Militair Tehuis – wk), ik ben niet katholiek, maar er kwam een pater met wie ik goed kon praten, ik kende in Blaricum een goudsmid en dat bleek zijn broer te zijn. Ik kwam nooit in zijn kerk, maar hij kwam graag in het KMT. Ik heb er een geweldige tijd gehad en we deden ook veel aan sporten, zoals de mijl lopen, wat ik haalde in 4 minuten 52,9 seconden en dat in de tropen. Toen ik terugkwam, wilde Hosman me weer hebben, iedereen kende mij daar, maar ik wilde niet terug. Op een gegeven moment zag ik een kennis in marechaussee-uniform en ik dacht: dat wil ik ook wel. Daar ben ik een jaar geweest, als proef. Aan de grens bij Denekamp jaagden we op smokkelaars en stropers. Ik werd ook naar Soestdijk gestuurd, maar daar tussen een paar plankjes voor het hek staan vond ik niks. Wel heb ik ook hier weer veel geleerd, zoals rechts- en wetskennis en taallessen. En ik heb er bijvoorbeeld ook geleerd een voordracht te houden. Dan moest je 10 tot 15 minuten ergens over praten. Ik kreeg als eerste onderwerp een lucifer. Toen ben ik maar beginnen te vertellen over het hoge noorden, de gletsjers, de bossen, de bomen en dat het uiteindelijk lucifers werden. Ze keken me aan met een blik van ‘waar haal je het allemaal vandaan, wat een fantasie heeft die man’. Er zaten trouwens veel oud-mariniers bij de marechaussee, maar bij de mariniers was de kameraadschap heel groot en bij de marechaussee niet.”

Verzekeringsagent
Aan de rij werkgevers lijkt geen einde te komen, maar na korte perioden bij Buisbank, een schoolmeubelfabriek in Bussum, en de nieuwe Hema in Bussum, in het magazijn, komt Bep in 1961 in aanraking met iets wat hij langer gaat doen: verzekeringsagent worden. Bep: “In de Wip-in, zoals toen de lunchroom van de Hema heette, kwam ik een inspecteur van verzekeringen tegen die mij kende en zei: ‘hé, meneer De Boer, wilt u niet iets gaan doen in verzekeringen’. Ik heb een afspraak gemaakt en ben fulltime verzekeringsagent geworden voor de HAV-bank (Hollandse Algemene Verzekeringsbank – wk), je leert jezelf te barsten. En ik moest elke dag geld ophalen, de premies werden nog contant betaald, bijna niemand had toen een bank- of girorekening. Ik heb daar goed mee verdiend, maar je moest wel veel op pad en ik deed alles op de fiets. In Eemnes vroeg iemand of ik ook paarden en koeien kon verzekeren. Dat had ik niet, maar ik vond een maatschappij in Noord-Holland die dat wel had. Toen heb ik die erbij gedaan en werkte ik voor meerdere maatschappijen, vanuit Laren in het hele gebied ten westen van Naarden, met Weesp en Nederhorst, maar ook in Hollandse Rading, Lage Vuursche, De Bilt en Bilthoven. In de winter van 1962/’63 heb ik heel wat af geleden, ik moest door de sneeuw op de fiets vaak omrijden. Op een keer, toen ik klaar was in Baarn, moest ik nog naar een klant in een woonboot bij Eembrugge, achter een boerderij, maar die hele schuit lag scheef. De bewoner was er niet, die vond ik later terug in een huis in Baarn. Maar ik moest toen wel naar huis door de Eemnesserpolder, door de sneeuw. Op de Wakkerendijk kon ik achter zo’n sneeuwblazer blijven. Toen dacht ik, wil ik dit wel blijven doen, op de fiets? Ik heb autorijles genomen, maar als ik een mooie boom zag, keek ik niet op de weg, maar naar zo’n boom. Ik ben er mee gestopt, heb als goede vrienden afscheid genomen van mijn rijinstructeur en ben uit de auto gestapt. Het was helemaal niets voor mij, ik heb nooit een auto gehad. Een tijd daarna ben ik gestopt met de verzekeringen en heb ik bijna de hele boel verkocht aan Assurantiekantoor Majoor in Laren.”

Bewaker
Bep vervolgt: “Toen ik stopte met de verzekeringen, waren Joke en ik al getrouwd en vroeg ze bezorgd wat ik verder wilde. Ik wist het nog niet, maar toen kwam er een man aan de deur die iemand kende die ook mij kende en mij vertelde dat die wederzijdse kennis mij op het oog had voor de bewaking van Philips. Zo kwam ik in 1969 weer bij Philips, dit keer voor de bewaking en beveiliging van het Philipsbedrijf in Hilversum. Ik was al aangenomen toen men ontdekte dat ik geen auto had, maar mijn baas zei: ‘dan doe je het maar op de fiets’. Nou, en daar heb ik bijna 25 jaar gewerkt, al die tijd bij de bewaking. Wat mij altijd is bijgebleven: op een avond moesten mensen hun overwerkbriefje inleveren. Ik vraag een van hen: ‘mag ik in je tas kijken?’ Daar zat een buisje in met gouddeeltjes. Die deeltjes waren nodig voor bepaalde apparatuur die bij Philips gemaakt werd. Ik moest een proces-verbaal wegens diefstal opmaken, dat hoorde ook bij mijn taak. Buiten zag ik een meisje wachten met in-en-in-trieste ogen, ik wist meteen dat zij zijn partner was. En is er iemand in Hilversum die mij nooit meer aankijkt omdat ik hem betrapte op diefstal.”

HKL
Je vertelde dat de eerste Kwartaalberichten, die in 1981 begonnen te verschijnen, werden gedrukt bij Philips, toen werkte je dus nog.

“Ja, ik kon in 1991 met VUT en zei tegen Joke: met 57,5 ben ik thuis! Dat werd met gejuich ontvangen, want dan konden we elke dag gaan fietsen. Maar ik had ook veel werk, het schilderwerk, het maken van dingen, het schrijfwerk voor de Kring en voor de boeken die ik maakte. Al voor ik bij de Kring kwam, was ik bezig dingen over Laren te bewaren. Ik heb kasten boordevol knipsels, foto’s en dergelijke. Van begin af aan was ik betrokken bij de Kring. Ik zag in de krant dat er een historische kring zou worden opgericht en ben er meteen naartoe gegaan. Zat ook gelijk in het bestuur. We zijn een blad op A3-formaat gaan maken en het kon op mijn werk in offset gedrukt worden. Ik bracht de bladen zelf naar de leden. Een paar jaar later zei ik, ‘kunnen we niet beter een boekje maken’ en dat bleek te kunnen. Toen we in de Lindenhoeve kwamen, ben ik op verzoek van Karel Loeff het archief gaan doen. Mensen brachten van alles naar de Kring, ik had een tafel vol spullen. Hoe moest ik dat doen? Toen heb ik lectuurboxen gekocht en ben ik alles gaan ordenen van A t/m Z. Elk ding op de juiste letter. Dat het archief zo groot zou worden, had ik toen nooit gedacht. Historie heeft altijd al mijn belangstelling gehad, als ik iets lees, is het historisch. Dat vind ik heerlijk. Ook mag ik graag historische zaken uitzoeken. Zo heb ik in 2003 een boekje ‘De kost verloren’ gemaakt over de veldnaam ‘Kostverloren’, die gegeven werd aan straten, pleinen, gebouwen en landerijen in en op veel plaatsen in Nederland, ook in Laren. Ik ben nu bezig alle Kostverlorens te verzamelen. Ik ben al met mijn dochter een keer in de auto naar Amsterdam en Amstelveen geweest en zelf op de fiets naar Nunspeet.”

Maar hoe zit het met dat afscheid nemen en terugkomen?

“Toen Joke ziek werd, moest ik haar helpen verzorgen en had ik geen tijd meer voor de Kring. Maar toen zij later door haar toenemende dementie in de Stichtse Hof werd opgenomen, ben ik weer teruggegaan in de redactie. Yvonne Majoor en Rob Ramselaar hadden het archief onder hun beheer gekregen. Joke is overleden in 2016 en daarna ben ik ook weer meer voor het archief gaan doen.”

Bep vertelt dat hij er ook van houdt activiteiten te organiseren. “Samen met Joke heb ik de Avondvierdaagse naar Laren gehaald. In juni 1975 liep de eerste Avondvierdaagse door Laren, nu alweer 45 jaar geleden. Op 29 september 1994 heb ik een bustocht voor de HKL georganiseerd naar Oudenbosch, inclusief Brabantse koffietafel. Bezocht werden de basiliek en het Zouavenmuseum. Verder organiseerde ik ook de eerste gesponsorde wandeltocht in Nederland voor Unicef, de Loop voor Unicef. Dat werd een landelijke loop. Maar ook de Rode Kruisfietstochten vanuit de Boerenhofstede. En nog veel meer, maar dat ga ik maar allemaal niet noemen.”

Huis en tuin
Na het vraaggesprek, laat Bep me nog zijn huis en grote tuin vol bloemen en kunstvoorwerpen zien en vraag ik me af hoe hij het allemaal redt als alleenstaande man.

“Ik heb één keer per week iemand om schoon te maken. Verder kook ik mijn eigen potje. Maar ik heb altijd last van mijn rug. Wij woonden in 1945 in Amsterdam-West. Ik moest een keer met de tram naar de Kinkerstraat en stapte voorin de tram op het balkon, maar door de drukte werd ik er bijna uitgeduwd en stond ik op de treeplank. Toen kwam er een Jeep langs die mij raakte. Ik kwam ik op de grond terecht en kreeg een klap van het achterste balkon van de tram. Ik kwam weer bij in het ziekenhuis. Omstanders bleken mij eerst naar binnen gebracht te hebben bij een schoenenwinkel van Van Haren. Sinds die tijd heb ik altijd last van mijn rug gehad. Maar ik heb nooit wat geslikt. Ik ga wel vaak naar het ziekenhuis voor pijnbestrijding, maar geef het nooit op.”

Naderhand stuurt Bep me op mijn verzoek een lijst van al zijn 47 publicaties en een lijst van al zijn 19 banen voordat hij bij Philips kwam. Die banen hebben hemzelf een schat aan levens- en leerervaringen opgeleverd en de Historische King een vrijwilliger die het nooit opgeeft! De lijsten zijn hieronder gepubliceerd.


Bep en zijn naaste familie
Bep zijn officiële naam is Gijsbert Lambertus De Boer. De ‘De’ moet op zijn Vlaams met een hoofdletter, maar dat heeft niets met Vlaanderen te maken. Bep: “Mijn verre voorvader meldde zich in 1735 op het eiland Urk, zijn naam was Okke Mijnders en zijn beroep was boer. Hij was afkomstig uit Norden uit Oost-Friesland, een Duits plaatsje aan de Waddenzee. Hij ging op Urk ‘boeren’ en zo kreeg hij de bijnaam de Boer. De ambtenaar van de burgerlijke stand noteerde bij zijn huwelijk met het Urker meisje Aaltje Snoek, Okke Mijnders alias De Boer. Bij de geboorte van de kinderen ging dat ‘alias’ er van af en werd het voortaan De Boer. Zo is het ook genoteerd bij mijn geboorte. Ik stam dus van een echte boer af.”

Vader Dirk: geboren 9-10-1909 (Huizen) en overleden 30-4-1991 (Amsterdam). Moeder Jeannetta Cornelia de Heus: geboren 24-11-1909 (Deil, bij Geldermalsen) en overleden 4 7-1958 (Laren). Bep had een negen jaar jongere broer, Teun, die in 2012 overleden is. Echtgenote Joke: geboren 9-6-1933 (Oost- en West Souburg, Zeeland) en overleden 9-2-2016 (Laren). “Ik was dus met een echt Zeeuws meisje getrouwd”, zegt Bep.

Bep heeft drie kinderen. Verder vijf kleinkinderen en ook vijf achterkleinkinderen. Bep: “Ik ben dus al overgrootvader van vijf achterkleinkinderen. Hoe rijk kan je zijn?”


Bep (G.L.) De Boer

Overzicht van banen

  • 29-12-1947 t/m 10-4-1948:
    NSF (Nederlandse Seintoestellen Fabriek) te Hilversum 
  • 13-4-1948 t/m 13-6-1948:
    Tapijtfabriek Van den Brink & Campman te Laren
  • 14-6-1948 t/m 24-12-1949:
    Delicatessenhuis – B.W.F. van der Maarel, te Laren
  • 2 -1-1950 t/m 18-3-1950:
    Slagerij M.P. Bergers te Hilversum
  • 20-3-1950 t/m 30-3-1950:
    Vulpendokter Jac. Kok te Hilversum
  • 3-4-1950 t/m 18-5-1950:
    Kruidenier Piet Mosterd te Laren
  • Mei 1950:
    Keuring Koninklijke Marine te Voorschoten, afgekeurd
  • 1-6-1950 t/m 20-1-1951:
    Warmolts Delicatessen enz., B. Hosman te Bussum
  • 22-1-1951 t/m 23-3-1951:
    Bussumsche Houthandel J.G. Schreuder te Bussum
  • 24-3-1951 t/m 7-2-1953:
    Warmolts Delicatessen enz., B. Hosman te Bussum
  • 9 -2-1953 t/m 14-11-1954:
    Korps Mariniers te Doorn, Rotterdam, Aruba
  • November 1954:
    VNS (Verenigde Nederlandse Scheepvaartbedrijven) Amsterdam – gemonsterd voor een vaart op het m.s. “Boschfontein” – één dag gewerkt
  • December 1954 tot april 1955:
    Balamundi te Huizen
  • 4-4-1955 t/m 24-10-1955:
    Koninklijke Marechaussee te Apeldoorn
  • 16-11-1955 t/m 31-3-1957:
    N.V. Buisbank, industrie voor utiliteitsvoorwerpen te Bussum
  • 1-4-1957 t/m 20-5-1961:
    N.V. HEMA, filiaal Bussum
  • 1-6-1961 t/m 1-11-1965:
    N.V. Levensverzekering Mij. HAV Bank te Schiedam
  • 16-11-1965 t/m 1-12-1967:
    Transmark, Auto-onderdelenmagazijn  te Bussum
  • 10-12-1965 t/m 1-11-1968:
    Levensverzekering Mij “De Utrecht”
  • 1-1-1969 t/m 30-6-1991:
    P.T.I (N.V. Philips Telecommunicatie Industrie) te Hilversum 
Bep (G.L.) De Boer

Overzicht van boeken (schrijfsels)

  1. Register Van de Graven En Wien in deselve Begraven is In de Kerk op tEijlandt Urk. Gemaakt in tJaar Na Christi Geboorte 1755.
    Letterlijk overgeschreven uit het begraafboek uit 1755 in het Gemeentehuis van Urk. Uitgave in eigen beheer – januari 1981. Oplage 100 exemplaren. Een tweede druk kwam uit in maart 1992, eveneens in eigen beheer. Oplage 100 exemplaren.
     
  2. Honderd windwijzers in Laren.
    De windwijzers werden door mij gefotografeerd en beschreven naar gegevens van de eigenaars. Tevens werd in het boekje een fietsroute opgenomen langs alle windwijzers.
    Uitgave in eigen beheer – juni 1985. Oplage 750 exemplaren.
    Een tweede druk kwam uit in september 1985, eveneens in eigen beheer. Oplage 450 exemplaren.
     
  3. De Gooische Stoomtram route per fiets.
    De route van de Gooische (stoom)tram beschreven en als startplaats de plek waar ooit het tramstation Laren was. De route gaat langs en door de plaatsen Blaricum, Huizen, Naarden naar Bussum. Vanaf station Bussum een alternatieve route naar Hilversum en dan weer via de tramroute naar Laren. 
    Uitgave in eigen beheer – augustus 1985. Oplage 100 exemplaren.
     
  4. Wandelingen en/of fietstochten langs Windwijzers in Laren. 
    Een beschreven fiets- of wandelroute langs de windwijzers die in boekje nummer 2 voorkomen.
    Uitgave in eigen beheer – augustus 1985. Oplage 100 exemplaren.
     
  5. Hoe een familie De Boer in het Gooi kwam.
    Een genealogische wandeling vanuit het noorden van Duitsland, het stadje Norden, via het eiland Urk naar het vissersdorp Huizen. Tijdens dit onderzoek kwam ik er achter dat het lidwoord DE wel degelijk met een hoofdletter dient te worden geschreven. Dit boekje droeg ik op aan mijn vader, Dirk De Boer.
    Uitgave in eigen beheer – oktober 1985. Oplage 100 exemplaren.
     
  6. De Weesper Courant 1916. Ik kwam in het bezit van een oude en bijna vergane Weesper Courant uit 1916. Zo goed en zo kwaad als het ging heb ik de goede delen uitgeknipt en er een boekje van samengesteld.
    Uitgave in eigen beheer – maart 1986. Oplage 100 exemplaren.
    Een tweede druk kwam uit in april 1987, eveneens in eigen beheer. Oplage 100 exemplaren.
     
  7. De Geschiedenis van de Kei van Laren en andere historische verhalen.
    De titel van het boek is het eerste verhaal. Verder opgenomen de verhalen: Valse belastingplaatjes, Bewoners van de kom van het dorp in 1886, Noodgeld in Laren, Caliskamp, Wolven in het Gooi, Le Grasweg, De Laarder Zouaven en de Naam Mauve in Laren.
    Uitgave in eigen beheer – oktober 1986. Oplage 500 exemplaren.
     
  8. Een stuk Historie bij Harderwijk
    Tijdens een fietstocht met onze oudste dochter Jeannet kwamen we bij het “Belgisch Ereveld” bij Harderwijk. Rondgekeken en namen genoteerd. Geïnformeerd naar boeken over het ereveld. Was niets van in Harderwijk. Dan zelf maar een boekje samengesteld met gegevens van oude Belgen die ooit in het Belgenkamp bij Harderwijk hadden vertoefd in de Eerste Wereldoorlog (1914-1918). Tevens een lijst in opgenomen van overleden Belgen die in Harderwijk werden begraven. Later kwam er een tentoonstelling in Harderwijk en Amersfoort over “De Grote Oorlog”. Tevens werd een boek uitgegeven met de titel “Vluchten voor de grote oorlog”. Mij werd ook een boek aangeboden.
    Uitgave in eigen beheer – maart 1987. Oplage 100 exemplaren.
     
  9. Het Larensch Nieuwsblad 1917
    Van Marie Greefkes kreeg ik een jaargang van het Larensch  Nieuwsblad. Het was oud en viel bijna uit elkaar. Net als de Weesper Courant heb ik een boekje samengesteld van de advertenties en de verhalen.
    Uitgave in eigen beheer – april 1987. Oplage 250 exemplaren.
     
  10. Van Jacob tot Gerard
    Omdat ik voor de schoonvader van onze jongste dochter Joke een stamboom had gekalligrafeerd had ik nog wat gegevens overgehouden. Daar heb ik dit boekje van samengesteld dat ik aan Joke en Gerard Heerschop heb opgedragen. Het is een verhaal over de familie Heerschop van Jacob in 1750 tot Gerard in 1963. Zij kregen dit boekje op hun trouwdag, 4 september 1987.
    Uitgave in eigen beheer – september 1987. Oplage 50 exemplaren.
     
  11. Duitse Dienstbodes in Laren
    Barbara Henkes in Groningen schreef een scriptie om op te promoveren over Duitse dienstbodes. Toen vroeg ik me af of die ook in Laren waren geweest. Het ging bij mij om de dienstbodes in de jaren twintig van de vorige eeuw. Inderdaad vond ik er vier. Eén werkte en woonde op de grens Laren/Blaricum en die heb ik ook maar meegeteld.
    Uitgave in eigen beheer – augustus 1988. Oplage 50 exemplaren.
    Een tweede druk kwam in maart 1989. Oplage 15 exemplaren.
     
  12. Overledenen der Gemeente Laren
    Dit boekje gaat over de overledenen in de gemeente Laren vanaf 1740 tot 1812. Ik heb het samen met L.J. (Bert) de Beer samengesteld. De lijst met namen lag in het archief van de gemeente Laren en Bert had alles in de computer zitten. De oude prenten die er in staan heb ik uit het Provinciaal Archief Haarlem.
    Uitgave in eigen beheer – februari 1990. Oplage 100 exemplaren.
     
  13. De Nieuwe Gooilander van 1922
    Uit een bijna complete jaargang van de Nieuwe Gooilander uit 1922 die zo goed als was verteerd heb ik alle leesbare stukken en advertenties uitgeknipt en opgeplakt en er zo een boekwerk van samengesteld. 
    Uitgave in eigen beheer – november 1990. Oplage 250 exemplaren.
     
  14. Dierendorp Laren
    Samen met kleindochter Miranda heb ik fietsend met haar voor op de fiets zo veel mogelijk dieren gezocht en gefotografeerd. De dieren staan op hekken, huizen of windwijzers. Tevens een fiets- of wandelroute in het boekje opgenomen langs alle dieren. Het boekje heb ik opgedragen aan Miranda.
    Uitgave in eigen beheer – maart 1992. Oplage 250 exemplaren.
     
  15. De Gooische Stoomtram route per fiets
    Een geheel herziene uitgave van de route uit 1985.
    Uitgave in eigen beheer – juni 1992. Oplage 100 exemplaren.
    Een tweede druk kwam uit in augustus 1992. Oplage 150 exemplaren.
    Een derde druk kwam uit in maart 1993. Oplage 250 exemplaren.
     
  16. Wandelingen door Nederland
    Wandelingen door Nederland werd geschreven door Ds. J. Craandijk en werd geïllustreerd door P.A. Schipperus. Uit dit boek heb ik het gedeelte “De beide Eemnessen en het huis Groeneveld” gehaald en er een klein boekje van gemaakt.
    Uitgave in eigen beheer – september 1992. Oplage 500 exemplaren.
     
  17. 75 jaar Woningbouwvereniging van Erfgooiers, 1917-1992
    Een stukje geschiedenis van een woningbouwvereniging.
    Uitgave  van de Woningbouwvereniging van Erfgooiers – augustus 1992. Oplage 400 exemplaren.
     
  18. 100 jaar dopen Eemnes
    Van het college van kerkvoogden van de Ned. Hervormde kerk in Eemnes-Binnen mocht ik het doopboek uit de periode 1813 – 1913 overschrijven en als boek uitgeven.
    Uitgave in eigen beheer – juni 1993. Oplage 60 exemplaren.
     
  19. De Gooische Stoomtramroute per fiets
    Een geheel veranderde druk van de fietstocht met twee routes.
    Uitgave in eigen beheer – juni 1993. Oplage 250 exemplaren.
     
  20. Trouwboek Ned. Hervormde kerk Eemnes
    Van het college van Kerkvoogden van de Ned. Herv. kerk Eemnes-Binnen mocht ik het trouwboek uit de periode 1814-1913 overschrijven en als boek uitgeven.
    Uitgave in eigen beheer – juni 1993. Oplage 40 exemplaren.
     
  21. De Gooische Stoomtramroute per fiets.
    2everanderde druk..
    Uitgave in eigen beheer – juli 1993. Oplage 250 exemplaren.
     
  22. Zouaven tussen Vecht en Eem
    Een beschrijving van ruim 200 personen uit deze streek die in de periode 1860-1870 naar Rome gingen om de paus te helpen bij de verdediging van de Kerkelijke staat.
    Uitgave in eigen beheer – februari 1994. Oplage 195 exemplaren.
     
  23. De Gooise kerkenroute
    Een fietsroute langs de meest bekende en grootste kerken van het Gooi.
    Het boekje heb ik samengesteld en de tekst hebben Antoon F. Bruggeling en ik geschreven.
    Uitgave in eigen beheer – april 1994. Oplage 500 exemplaren.
     
  24. Beelden om bij stil te staan
    Voor de VVV maakte ik deze fietstocht langs Gooise Monumenten 1940-1945. Ik heb de route samengesteld en de foto’s gemaakt.
    Uitgave VVV Naarden – april 1995. Oplage 2000 exemplaren.
     
  25. Laren door de jaren heen
    Verhalen over het dorp Laren. Dit boek droeg ik op aan mijn vrouw.
    Uitgave Europese Bibliotheek Zaltbommel – oktober 1996. Oplage 1500 exemplaren.
     
  26. De Gooische Stoomtramroute per fiets
    Herziene uitgave.
    Uitgave in eigen beheer – juni 1996. Oplage 250 exemplaren.
     
  27. Drakenburg, van Ridderhofstad tot Conferentieoord
    Speciaal voor de PIZ-club (Pensioen In Zicht) heb ik dit boekje geschreven omdat we er in de jaren 1994-1995 en 1996 hebben gelogeerd. 
    Uitgave in eigen beheer – mei 1996. Oplage 25 exemplaren.
     
  28. Dierendorp Laren 2
    Dit boekje gemaakt samen met kleindochter Anne. Samen fietsten we door het dorp net als in 1992 met haar zusje Miranda. En weer kwamen we veel dieren in Laren op het spoor. Het boekje heb ik opgedragen aan Anne. Uitgave in eigen beheer – maart 1997. Oplage 350 exemplaren.
     
  29. Laren een eeuw in foto’s
    Het boek heb ik samengesteld met de foto’s van het boekje van de heer A. Kreuzen, “Laren, Toen en Nu”
    Voor deze uitgave heb ik de foto’s gemaakt op de plaats waar Kreuzen ze maakte.
    Uitgave Lorelax Productions Muiderberg – april 1998.
    Oplage 1000 exemplaren.
     
  30. Onze familie door de jaren heen
    Dit boek heb ik geschreven voor onze eigen kinderen. Het verhaal gaat door de wereldgeschiedenis heen daar tussendoor loopt dan de geschiedenis van de familie De Boer. Vergezeld van de stambomen De Boer, De Heus en Van Soelen. December 1999. Oplage 5 exemplaren.
     
  31. De Gooische Tramroute per fiets
    Speciale herziene druk voor de Huizerdag in Huizen.
    Uitgave in eigen beheer – juli 2001. Oplage 100 exemplaren.
    Tweede druk – augustus 2001. Oplage 100 exemplaren.
     
  32. Beelden van Laren
    Fietsroute langs kunst in de openbare ruimte.
    Ik stelde het boekje samen, maakte de foto’s en schreef de tekst samen met Elske de Groot en Karel Loeff.
    Uitgave Historische Kring Laren – september 2002. Oplage 1000 exemplaren.
     
  33. De Kost Verloren
    Een verzameling verhalen over “Kostverloren”, een veldnaam die gegeven werd aan straten, pleinen, gebouwen en landerijen in en op veel plaatsen in Nederland, dus ook in Laren.
    Uitgave in eigen beheer – maart 2003. Oplage 25 exemplaren
    Een tweede uitgave in november 2003 – Oplage 25 exemplaren
     
  34. In het spoor van de Gooische Tram
    Een verhaal uit de periode 1880 – 1947. In die tijd reed de Gooische tram door het Gooi. Er gebeurde veel in en rond de tram. Alle verhalen heb ik uit oude kranten gehaald in het Stadsarchief van Naarden.
    Uitgave Van Wijland Laren – oktober 2004. Oplage 1500 exemplaren.
     
  35. Langs de Grens van Laren.Dit boek kwam tot stand doordat ik met kaart, kompas en fototoestel rond Laren heb gewandeld, steeds langs de grens. Het boek bevat meer dan 200 foto’s en sommigen in kleur.
    Uitgave Van Wijland Laren – oktober 2006. Oplage 1000 exemplaren.
     
  36. Historische verhalen over Laren
    21 bijgewerkte verhalen over Laren die eerder werden gepubliceerd in het Kwartaalbericht van de Historische  Kring Laren en het eerder in 1986 door mij uitgegeven boekje “De Geschiedenis van de Kei van Laren en andere historische verhalen” met toevoeging van foto’s en gegevens. Oplage 900 exemplaren
     
  37. Historische verhalen over Laren
    Als “Special Edition” uitgegeven boek dat werd gepresenteerd op de receptie van onze trouwdag op 9 november 2007 door de uitgever Gertjan Martens en de voorzitter van de Historische Kring Laren Karel Loeff. De inhoud van het boek als boven, nr. 35. Oplage 100 exemplaren.
     
  38. Religieus Erfgoed
    Ter gelegenheid van het “Jaar van het Religieus Erfgoed” heb ik deze fietsroute samengesteld. Het is een fietsroute langs kerken, kloosters en begraafplaatsen in Blaricum, Eemnes en Laren, de BEL-gemeenten. De tekst en de foto’s heb ik zelf verzorgd. Oplage 1000 exemplaren.
    Uitgave: Historische Kring Laren, september 2008.
     
  39. 1909 – 2009, Ter herinnering aan onze ouders, groot- en overgrootouders Dirk De Boer en Jeannetta Cornelia de Heus.
    Omdat onze ouders dit jaar 100 jaar zouden zijn geworden als ze nog geleefd hadden. Daarom dit  herdenkingsboek met voor- en nageslacht.
    Uitgave in eigen beheer. Oplage 15 exemplaren.Oktober 2009.
     
  40. Het Larens Alfabet
    Wetenswaardigheden over het dorp Laren en zijn bewoners.
    Ruim 500 onderwerpen en 125 foto’s over personen, gebouwen, straten etc. en  met vele foto’s.
    Uitgave Van Wijland Laren. Oplage 550 exemplaren. Zomer 2009.
     
  41. En dan weer verder
    Vakanties van 1959 t/m 1982 met onze kinderen Jeannet, Bert en Joke.
    Alle vakanties uit die jaren beschreven en voorzien van veel foto’s.
    Het boek werd door mij geschreven en samengesteld voor onze eigen kinderen.
    Uitgave in eigen beheer.Juni 2011.oplage 4 exemplaren.
     
  42. Fietsroute langs de huizen van schrijvers in Laren
    2 fietsroutes in één langs de huizen waar de schrijvers ooit woonden en langs de huizen van de nog levende schrijvers en gelegenheidsschrijvers in Laren. 
    Uitgave Bibliotheek Huizen-Laren-Blaricum. Oplage 55 exemplaren – maart 2013
     
  43. Wandeling door Laren met uitleg over de straatnamen
    Uitgave Stichting Historische Kring Laren. Oplage 15 exemplaren. Augustus 2013.
     
  44. Wandeling Rondje Laren – tussen Oosterend en Zevenend
    Uitgave Stichting Historische Kring Laren. Oplage 15 exemplaren. Augustus 2013.
     
  45. Wandeling over de Algemene Begraafplaats
    Uitgave Stichting Historische Kring Laren. Oplage 15 exemplaren. Augustus 2013
     
  46. “Daar loopt mijn makreel”
    Gebundelde columns waarvan de meeste werden gepubliceerd in de Gooi- en Eemlander onder het de titel “In 60 seconden” met daarin opmerkelijke, grappige en interessante verhalen, leuke belevenissen en herinneringen. 
    In eigen beheer uitgegeven. Oplage 20 exemplaren. 16 november 2013. 
    Met hulp van sponsor uitgegeven. 100 exemplaren. 5 mei 2014.