Anto(o)n van Hamdorff, míjn opa!
Het is zomer 1953. Achterop de Solex van opa rij ik door Laren. Beide beentjes in de fietstassen. Komend langs de korenvelden wijst opa op de korenbloemen -zó blauw- en de klaprozen. Deze zijn bijna roder dan de korenbloemen blauw zijn! We zijn op weg naar Hamdorff, Hotel Hamdorff, waar mijn opa ‘ober-kellner’ is.