Paul de Graaf: ‘Larinezen’ verkeerd gebruikt

Paul de Graaf: ‘Larinezen’ verkeerd gebruikt

Eén van de weinige Laarders die in leven bleef als (dienstplichtig) soldaat van Napoleon is Lambert de Graaf, zoon van Willem de Graaf en Claasje Tijmense Majoor. Lambert werd in 1812 opgenomen in een ziekenhuis in Boulogne, keerde hersteld terug naar Laren en trouwde in 1815 met Anna Brouwer. 

Dit artikel is afkomstig uit Kwartaalbericht 160 [2022-2]. Leden van de Historische Kring Laren ontvangen het kleurrijke glossy magazine 4 keer per jaar. U kunt hier lid worden. Losse nummers zijn à € 9,50 per stuk in de Lindenhoeve en bij Bruna te koop, zolang de voorraad strekt.

Tekst: Wim Keizer 

Lambert en Anna blijken de betovergrootvader en -moeder te zijn van de in Laren wonende Paul de Graaf (1953). “Lambert en Anna kregen maar één kind, een zoon en stamdrager, zonder welke het geslacht uitgestorven zou zijn” zo vertelt De Graaf mij aan de telefoon, “en die zoon, Willem, werd boer op boerderij ‘De Zeven Linden’ aan de Angerechtsweg in Blaricum. De naam is bedacht door Willem en staat symbool voor de zeven zonen die hij kreeg.” 

De Graaf meldt verder een familiestamboom te hebben en we spreken af dat ik die bij hem thuis kom bekijken om na te gaan hoe de takken liepen (zie hierbij de directe lijn tussen Lambert van 1790 en Paul van 1953; de familienaam werd in 1725 veranderd van ‘De Graeff’ in ‘De Graaf’ bij de geboorte van de eerste zoon van Meeuwis Harmansz en Jannetje Harmens op 29 april 1725). Het hoe en waarom is niet te verklaren.

Als we het gesprek voeren, is net de oorlog tussen Rusland (althans Poetin en zijn entourage) en Oekraïne uitgebroken, wat een beschouwing over de expansiedrift van Napoleon en de vele mensen die daar het slachtoffer van werden extra wrang maakt. Maar als Lambert niet was teruggekeerd en niet één zoon had gekregen, zou Paul er niet geweest zijn. Hij vertelt dat zijn oma vroeger tegen familieleden eens gezegd heeft dat er een Fransman in de familie zit en dat onderzoek daarnaar in de archieven was stukgelopen. “Maar nu denk ik dat zij daarmee op de Lambert doelde die in het leger van Napoleon heeft gezeten.”

Overigens was Lambert geen boer, zoals in het artikel staat, maar spinner. Zijn zoon Willem werd wel boer, op ‘De Zeven Linden’, een nog steeds bestaande boerderij. De boerderij is bekend geworden door het feit dat de schilder Jaap Dooijewaard (1876-1969) er zijn atelier gehad heeft, samen met zijn jongere broer en vakgenoot Willem (1892-1980) en diens vrouw Jacoba.

De opa van Paul, naar zijn eigen opa ook Lambert genoemd, was wagenmaker en Pauls vader Gijsbertus begon als landbouwer. Paul zelf studeerde scheikundige technologie en werkt nog mee aan projecten. Een groot project waar hij nu mee bezig is betreft het plaatsen van een ‘bellenscherm’ in de sluizen van Kornwerderzand. Het probleem daar is dat er door de toegenomen scheepvaart te veel zout water in het IJsselmeer terechtkomt en dat dit slecht is voor de drinkwatervoorziening van het Provinciaal Waterleidingbedrijf Noord-Holland (PWN). De bedoeling is dat het bellenscherm het zout zo veel mogelijk tegenhoudt.

Sprekend over Laren, zegt Paul dat het hem opvalt dat in Laren degenen die als ‘Larinees’ worden aangeduid niet in Laren geboren zijn. Maar volgens hem is het logischer het andersom te doen. Zo kent (bijvoorbeeld) Den Haag Hagenezen en Hagenaren en Zutphen Zutphenezen en Zutphenaren. Daarbij zijn de …nezen de personen die er geboren zijn.

Paul vraagt zich af of dat te maken kan hebben met het Franse werkwoord ‘naître’ (geboren worden), waarvan de vervoeging né of née is. Navraag bij een specialist Franse taal- en letterkunde levert hier geen bevestiging van op, maar het is een interessante theorie. Is er iemand die daar haar of zijn licht eens over wil laten schijnen?