Onthulling nieuw beeld ‘de maaier’ in de Lindenhoeve
Op de planken achter in zijn schuurtje aan de Frans Langeveldlaan heeft de geboren en getogen Laarder Herman Strating zijn hele oeuvre van beeldjes in was en brons uitgestald. Keurig voorzien van een bordje met de betekenis van de voorstellingen erbij: ‘ Was de weg zo kort of heb ik zo snel gelopen’, ‘Josef en Maria op weg naar Bethlehem’, ‘De landende zwaan; de drie remmen zijn in werking!‘, ‘Jezus na de voetwassing’, ‘Handje klap op de veemarkt’ en ‘Vlucht uit Kosovo; een man met zijn oude vrouw in de kruiwagen.’ De onderwerpen en opdrachten die hij met grote zorg uitvoert, kiest de 72 jarige gepensioneerde groentenman/boomkweker uit het dagelijks leven: dieren – vooral vogels- boerenfiguren en alles wat hem zoal verwondert en bezighoudt.
Dit artikel is afkomstig uit Kwartaalbericht 83 [2003-1]. Leden van de Historische Kring Laren ontvangen het kleurrijke glossy magazine 4 keer per jaar. U kunt hier lid worden. Losse nummers zijn à € 4 per stuk in de Lindenhoeve te koop, zolang de voorraad strekt.
Leo Janssen
Ook bijbelse scenes weet hij zo te verbeelden dat het levensecht lijkt. Herman boetseert recht uit zijn hart, zonder filter, een kenmerk van vele naieve kunstenaars. “Het geeft me zeer veel voldoening, meer hoeft ook niet. Het gaat me niet zozeer om persoonlijke aandacht”, zegt hij bescheiden, “maar meer dat de beeldjes de toeschouwer iets doen.” Zaterdag 5 april a.s om 15.00 uur komt hij tegen wil en dank weer even in de schijnwerpers. Dan zal zijn beeld ‘de Maaier’ geplaatst en onthuld worden door sponsor Carel Bikkers, voorzitter van Timotey Baker, een stichting die culturele objecten in het Gooi subsidieert. Eerder ontwierp Herman het bronzen beeld ‘De zaaier’ dat staat in de tuin van het Historisch Centrum en waarmee hij de laatste boer van de Lindenhoeve Hendrik Smit eerde die zijn boerderij aan de gemeente verkocht in 1928 voor de somma van fl. 14.500,-.
Herman Strating: “In ben in mijn hart mijn hele leven altijd een boer geweest!”
“Dit nieuwe beeld, de maaier en de zaaier horen bij elkaar. Ze zorgen voor ons brood. Het is toch een wonder dat die dagelijkse kost ons nooit verveelt!”, zegt Herman vanzelfsprekend. “Op deze manier is het de bekroning van wat eens de culturele identiteit van ons dorp was, het oude boerenvak. Ik heb de maaier gemaakt naar foto’s die ik op de drift heb genomen tijdens een dag van de Stichting Oude Landbouwgewassen Laren. De boer maait met de zicht en houdt het koren tegelijkertijd met zijn prikstok plat. Ze denken nog wel eens dat het een zeis is, maar die gebruik je voor het gras. En een sikkel is het al helemaal niet, want die gebruik je voor de konijnen,”zegt hij met pretogen. Het oude boerenleven. Herman kan met verwondering praten over zijn jeugd, hoewel hij als 7 jarig jochie polio kreeg. “Als een griep duurde het. Het virus drong binnen twee weken mijn wervel binnen en knaagde aan mijn zenuwen. Mijn vader die zeer aimabel was en een schoenenzaak had op de Brink zei, toen ik een jaar of twaalf was: Je hebt een manke poot en een kromme hand en daar kan je niks aan doen.
Ik niet en de dokter niet. Je moet je zien te redden. Dat was het hele gesprek over de polio. En het is goed gegaan. Ik heb er mee leren leven. Ik ben een gelukkig mens. Ik had ook in een rolstoel terecht kunnen komen.” Hij kijkt me aan met een zelfverzekerdheid van ‘zo gaat het en het is goed zo’. “Het gaat zoals het komt. Ik heb er in mijn 42 jarige carrière nooit last van gehad.” Eigenlijk wil hij het er niet over hebben. “Ik ben ik en zo is het.” Liever praat hij volop over hoe hij als Larens ventje op de boerderij bij Kees Calis aan de Torenlaan (nu wijnhandel Wesseling) mocht meehelpen met melken en bieten draaien Op de Meent tussen de Eem en Naarden tegen de Zuiderzee aan. ‘s Morgens en ‘s middags op zijn witte klompen erop uit met ‘de vierkante kar, de melkkar’. Dat was een pracht leven. Het boerenleven was toen nog niet gemoderniseerd. Ik ben in mijn hart altijd een boer geweest.” Herman’s leven ging een andere kant op. Na de school met de bijbel op de Kerklaan, kreeg hij een opleiding in de pluimvee. Totdat hij zijn vrouw leerde kennen.” Mijn Nel stond al vanaf haar twaalfde jaar in de groentezaak van haar ouders op de Naarderstraat 32. In 1960 heb ik de zaak van ze overgenomen. 23 jaar hebben we samen keihard gewerkt. We waren versleten, we vonden dat we eruit moesten, want anders was het mis gegaan.”
Na de groentezaak heeft hij nog 16 jaar op kwekerij Gooi- en Eemlust gewerkt. “En Nel heeft rust gekregen. Ik heb bij van Dijk een prachtige tijd gehad. In wind en regen. Ik ben een echt buitenmens. Tussen de vogels. Ik had er wel 40 nestkastjes hangen. Ik kon goed tegen alleen zijn.” Nu boetseert hij die dingen waar hij zijn hele leven van genoten heeft. Herman is een gelovig mens. “ Ook de kerk hier in Laren heb ik zelf ervaren als een gemeenschap die om je heen staat, vooral als het wat minder met je gaat. Sommige mensen denken dat het een stijve boel is bij ons, maar dan vergissen ze zich. De hele maatschappij verandert, dus ook de kerk. We hebben het er fijn”. Na zijn arbeidsleven nam hij vijf jaar les bij de Blaricumse beeldhouwster Coby Noorda. Herman Strating exposeerde in de tentoonstellingsruimte van de Larense Samen op Weg gemeente en in het Historisch Centrum. En nu dan op 5 april een tweede beeld in brons.
“Wat Nel ervan vindt? Die is verbaasd. Ze zei laatst tegen mij: Ik ken jou niet. Dit heb je je hele leven nooit gedaan en nou komen al die artistieke gaven voor de dag. Ik heb een hele andere man.” Herman laat me nog een beeldje zien, achter in zijn tuin. Tussen de bronzen vogels. Het is Nel. Geboetseerd na 42 jaar.