Manus van der Ven 1866-1944
Manus werd op 12 november 1866 in ’s Hertogenbosch geboren in een familie van kunstenaars. Zijn overgrootvader, grootvader en ook zijn vader zaten in het vak. Niet vreemd dus dat Manus opgroeide te midden van olieverfgeuren, ezels, schildersdoeken, tubes en lijsten.
Dit artikel is afkomstig uit Kwartaalbericht 131 [2015-1]. Leden van de Historische Kring Laren ontvangen het kleurrijke glossy magazine 4 keer per jaar. U kunt hier lid worden. Losse nummers zijn à € 4 per stuk in de Lindenhoeve te koop, zolang de voorraad strekt.
Mary van der Schaal
Emmanuel Ernest Gerardus
Urenlang kon hij als kleine jongen al zitten kijken naar zijn vader achter de ezel in zijn atelier. Zo nu en dan mocht hij met wat verf en een oude kwast zelf experimenteren op de achterkant van een oud paneeltje en een enkele maal werd er wel eens een werkje geproduceerd dat zijn moeder goed genoeg vond om in de huiskamer een plaatsje te geven. In het begin zag zijn vader het met lede ogen aan. Het beroep van kunstschilder was geen vetpot en hij vond dat Manus beter maar een vak moest leren. Onderwijzer leek hem het beste. Hij beloofde Manus dat als hij zijn leraarsdiploma had met een paar jaar ervaring, hij hem verder zou helpen met de schilderkunst. Manus kreeg dan ook zijn eerste teken- en schilderlessen van zijn vader. Manus startte op veertienjarige leeftijd met zijn leraarsopleiding in Nijmegen. Na het behalen van zijn Akte en Hoofdakte heeft hij voor de klas gestaan in Esch en daarna enkele jaren in ’s Hertogenbosch en Markelo. Na enige jaren les gegeven te hebben krijgt hij toestemming van zijn ouders om te gaan studeren aan de Rijksnormaalschool voor Tekenonderwijs. Na het behalen van zijn Middelbare Tekenakte wordt hij directeur van de Tekenschool Hendrick de Keyzer in Amsterdam en vervolgens leraar aan de Winteravondscholen van de RK Volksbond en Kunstambachten. Intussen overlijden zijn beide ouders. Tijdens zijn leraarschap in Amsterdam gaat hij daar ook wonen aan de Van Oldenbarneveldtkade.
In zijn vrije tijd schildert hij in Amsterdam en Laren en daar ontmoet hij andere kunstschilders onder andere Derk Meeles, Cornelis Dopper, Jaap Dooijewaard, Frans Langeveld en vele anderen. Het vrije kunstenaarsleven heeft voor hem een enorme aantrekkingkracht. Hij hakt de knoop door en stopt met lesgeven. De gebondenheid aan tijd en school bevalt hem helemaal niet. Zijn gedachten zijn teveel bij het tekenen of schilderen. Hij wil vrij kunstenaar zijn en zich geheel wijden aan zijn schilderkunst. Jaap Dooijewaard, Frans Langeveld en Jan Hamdorff de man van hun stamkroeg, halen hem over om samen in Laren te gaan werken. Zij huren een huis in Laren en trekken met zijn drieën in het huis aan de Zijtak 24, in Laren. Dit wordt zijn meest zorgeloze tijd. Vrijheid, blijheid en de hele dag bezig zijn met zijn geliefde schilder- en tekenkunst.
In 1903 trouwt hij met Johanna (Jansje) Puijk (1884-1966) en zij vestigen zich in Laren aan de Zijtak 3-5. Zijn atelier heeft hij aan de Blaricummertollaan. Zij krijgen 5 kinderen. Johan in 1906, Maria 1910, Willem 1914 (Willem overlijdt in 1916), Lida 1925. De eerste jaren van zijn huwelijk waren financieel erg moeilijk.
Om zijn steeds groter wordend gezin te kunnen onderhouden, maakte hij doekjes op bestelling. Meestal eenvoudige snel geschilderde bloemstukjes, waarin toch de vakmanschap van de schilder opvalt, die voor weinig geld verkocht werden. Maar van lieverlee krijgt hij meer bekendheid en wordt hij opgenomen in de kunstenaarswereld. Hij gaat exposeren en financieel gaat het hem wel wat beter maar een vetpot is het in Manus leven nooit geweest. Hij wordt lid van de Vereeniging van Beeldende Kunstenaars in Laren/Blaricum, lid van Arti et Amicitae Amsterdam en Sint Lucas Amsterdam.
Manus is een ernstige, serieuze en stille figuur wat ook te zien is in zijn werken. Een gewetensvol bescheiden mens. Door zijn bekwaamheid heeft hij toch vele bewonderaars en vooral zijn naam als bloemenschilder heeft hem zijn hele leven achtervolgd. Maar hij heeft ook vele andere onderwerpen op zijn schildersdoeken gezet zoals portretten, binnenhuis-taferelen en landschappen stillevens en stadsgezichten.
Ter gelegenheid van zijn zeventigste verjaardag werd er voor Manus een ‘Eretentoonstelling’ georganiseerd. Burgemeester van Nispen van Sevenaer van Laren opende deze expositie en ‘dit’ werd de kroon op zijn werk. Manus van de Ven was ondanks zijn moeilijke levensopvattingen toch een gelukkig mens, hij verlangde niet veel in zijn leven. Was tevreden en gelukkig met zijn vrouw en gezin. Hij was een bekwaam schilder, zijn liefde en warmte voor het leven kwam tot uitdrukking in al zijn werken. Hij overleed op 27 augustus 1944 in Laren.
Bronnen: Doument van Beeldende Kunst in Noord Brabant; Website: De Valk kunstenaars; A.G. van der Steur.