Jacobus Johannes Doeser 1884-1971
Jacobus (Jaap) Doeser werd op 8 december 1884 geboren te Utrecht. Van zijn familieomstandigheden is weinig bekend. Jacobus Doeser is lang een onbekende figuur gebleven, totdat zijn schilderij ‘Vaas met witte lelies’, geschilderd in luministische stijl, rond 1912, op 30 januari 2001 te koop werd aangeboden bij Christie’s te Amsterdam.
Mary van der Schaal – Kwartaalbericht 141 [2017-3]
Kunstschilder
Voor 46.000 gulden heeft de kunsthandelaar Jan Juffermans het gekocht. Hij schonk zijn vondst aan een instelling met als doel het werk onder de aandacht van het publiek te brengen. De K.F. Heinstichting gaf het stilleven in bruikleen aan het Singer Museum in Laren. Jacobus (Jaap) was een autodidact. Hij vormde zich door contacten te leggen in het Gooi met kunstenaars die een nieuw wereldbeeld nastreefden. Vanaf 1910 schilderde Jaap veel in zijn woonplaats Laren, later ook in de omliggende Gooise plaatsen. Hij kwam in contact met ‘ideeisten’, kunstenaars uit deze groeperingen beeldden weliswaar de vormen van de realiteit af, maar wat de schilder als basis hierin verbeeld heeft is wat zijn geest bij het bekijken van de werkelijkheid aanschouwde. Het zoeken naar vernieuwing, een zekere onrust in de schilderkunst vierde hoogtij in die dagen.
Het Gooi was een verzamelplaats van kunstenaars. Doeser kwam in aanraking met Piet Mondriaan, Jacob Bendien en Nico van Rijn. Zij werkten onder invloed van de theosofie die zich in het Gooi rond de commune ‘Walden’ had genesteld. Walden was de naam van een kolonie, ofwel commune, die de psychiater en schrijver Frederik van Eeden (1860-1932) in 1898 op zijn landgoed Cruysbergen in Bussum oprichtte. De socialistische (tuinbouw) kolonie was onder meer gebaseerd op gemeenschappelijk grondbezit. De kolonie deed ook dienst als rustoord voor psychiatrische patiënten. De opzet mislukte door zakelijk wanbeheer. Na eerst nog te zijn veranderd in een verbruikscoöperatie ging Walden in 1907 toch failliet. Het idee voor Walden ontleende van Eeden aan het populaire boek ‘Walden or Life in the Woods’ (1854) van Henry David Thoreau (1817-1862).
De kunstenaars uit deze groepering streefden naar vernieuwing, naar nieuwe vormen. Buiten deze kring van ideeisten werden in de meeste schilderskringen naar nieuwe stijlen en‘ weergaven’ gezocht
Doeser was een harde werker. Op eigen kracht kwam hij tot mooie resultaten. Zijn kleurenpalet was kleurrijk, opvallend en het verschil in zijn stijlen bleef niet onopgemerkt. Een natuurtalent werd er rondom gefluisterd. Door zijn huwelijk met Betsy Carlebur, telg uit een Dordrechts geslacht van schilders kwam hij terecht in een kunstzinnig milieu. Ook daar deed hij nieuwe indrukken op en ontwikkelde hij uiteindelijk een geheel eigen stijl.
Daarnaast maakte hij vele reizen en om dat te kunnen doen vervaardigde hij ‘prentbriefkaarten’ zoals hij ze zelf noemde. Schilderstukjes van bloemstillevens en landschappen die goed in de markt lagen. Hij werkte in vele plaatsen en landen, namelijk in Laren, Utrecht, Zandvoort, Noordwijk, Bennebroek maar ook in Parijs en Leipzig. In Laren werd ook op schilderkunstig gebied op uiteenlopende manieren gezocht naar vernieuwing. Jacob nam kennis van het opkomende pointillisme en abstrahering. Het luministische werk van Utrechtse schilder Piet Serton staat ook zeer dicht bij het werk van Doeser. Doeser werd ook zonder meer sterk beïnvloed door Vincent van Gogh. Kortom allerlei stromingen in de schilderkunst hebben inspirerend gewerkt op het werk van Doeser. Ondanks het feit dat Jacobus vele tentoonstellingen op zijn naam heeft staan, bleef hij teruggetrokken in de schaduw van bekendheid. Zijn nalatenschap is enorm. Doeser was lid van het genootschap van beeldende kunstenaars ‘Kunst zij ons doel’ in Haarlem en van de Vereeniging Sint Lucas in Amsterdam. Jacobus Doeser overleed in 1971.
Bronnen: Museum Singer Laren; Pieter Scheen; De valk kunstenaars; Geheugen van Nederland; internet.