Dertig jaar Stichting Historische Kring Laren

Dertig jaar Stichting Historische Kring Laren

Als oud-voorzitter van de Stichting Historische Kring Laren is het een genoegen om terug te blikken op de geschiedenis van een club, die mij nog steeds zeer dierbaar is. Dit artikel is een bewerking van een eerder door mij geschreven artikel, gepubliceerd in het tijdschrift van de stichting Tussen Vecht en Eem.

Dit artikel is afkomstig uit Kwartaalbericht 113 [2010-3]. Leden van de Historische Kring Laren ontvangen het kleurrijke glossy magazine 4 keer per jaar. U kunt hier lid worden. Losse nummers zijn à € 4 per stuk in de Lindenhoeve te koop, zolang de voorraad strekt.

Karel Loeff

Waarom mijn voorliefde voor de Historische Kring?
In een paar zinnen zijn dat de volgende redenen: 

  • de Kring probeert onze plaatselijke historie te documenteren en levend te houden.
  • de Kring is plaatselijk actief en betrokken.
  • de Kring is laagdrempelig, geschiedenis is immers van iedereen.
  • het zijn vaak de verhalen, de foto’s en de gegevens die op het eerste gezicht niet zo interessant lijken, maar die veel vertellen over onze plaatselijke identiteit en historie.

Als architectuurhistoricus met een brede belangstelling is het natuurlijk smullen van alles wat er tijdens mijn voorzitterschap, toen ik de Kring actief kon volgen, is binnengebracht, opgeschreven, verteld, tentoongesteld en verzameld. Met een uitgebreid archief, dat dankzij de enorme inzet van Bep De Boer en zijn team is opgezet en wordt onderhouden, is de Kring een waardevolle bron voor een ieder die informatie zoekt over -een aspect van- de Larense geschiedenis. Met tentoonstellingen staat de Kring midden in het dorp. Nu op naar de 1000 leden! Laren en de Historische Kring verdienen het! 

De oprichting
In oktober 1981 verscheen het eerste Kwartaalbericht van de in 1980 opgerichte Stichting Historische Kring Laren. Klaas Kool, Emke Raassen en N.H. Benninga vormden het bestuur. ‘Aangesloten bij de Stichting Tussen Vecht en Eem’, zo vermeldde het eerste deels met de hand geschreven bericht. Een mijlpaal was bereikt: een groepje Laarders ging zich georganiseerd bezighouden met de geschiedenis van het eigen dorp. Laren was vlot, maar liep niet vooraan. En al helemaal niet in het aantal donateurs. Dat bedroeg jarenlang zo rond de honderd.

Waarom kwam de Historische Kring Laren niet meteen tot bloei zoals in sommige buurgemeenten? Misschien kwam dat door de aanwezigheid van het Singer Museum, dat ook aandacht besteedde aan de plaatselijke historie? Misschien kwam het omdat de Laarder niet zo in de eigen historie geïnteresseerd was? Zeker is dat er een paar amateurhistorici waren die zelf verzamelingen aanlegden. Zij deelden hun kennis door het geven van dialezingen, het schrijven van boeken met verhalen over Laren of het maken van de bekende ansichtkaartenboekjes. En in dit landschap van actieve geschiedbeoefenaars kwam er dan ook nog een Historische Kring, met een bescheiden nieuwsbrief. 

Het bestuur van de Kring gaf van het begin af aan een eigen onderkomen te willen hebben. De eerste vergaderingen vonden plaats in, hoe kan het ook anders, het Bonte Paard, maar de behoefte aan een eigen plek kwam al snel naar voren. Er werd een directiekeet beschikbaar gesteld, maar de plaats om deze neer te zetten ontbrak in het dorp. De Kring bleef een club, bijeengehouden door de nieuwsbrief. Naast de nieuwsbrief werden er wel degelijk activiteiten georganiseerd, waarvan de TVE-dagen in het Singer-museum tot de hoogtepunten kunnen worden gerekend. Door de inzet van de Bep De Boer veranderde het uiterlijk en de omvang van het inmiddels tot Kwartaal­bericht gedoopte bulletin. Het werd een echt boekje. Meer dan tien jaar zou Bep trouw deze taak verrichten. Het bestuur werd eveneens snel uitgebreid. Dialect­kenner B. Krijnen trad toe, evenals de
‘boerderijenexpert’ de heer ir. T. van Tol. Bep De Boer nam bovendien het penningmeesterschap op zich. Na toetreding van de heer B.J. (Bep) Vos tot het bestuur kon deze taak aan hem worden overgedragen, en de oud-fietsenmaker, die bij iedereen in het dorp bekend was, heeft deze taak tot zijn overlijden in 2000 vervuld.

Aanleg van de tuin door Rob Verlinden. Foto: archief Herman Strating

Een nieuwe koers
Midden jaren negentig leek de Historische Kring wat te blijven stilstaan, zeker in vergelijking met de omliggende gemeenten. W.H.J. Lanphen, mevr. I. Kuperus en ondergetekende waren inmiddels tot het bestuur benoemd. In 1995 werd de vijftigste Bevrijdingsdag gevierd. Dit betekende het begin van een nieuwe koers. Er werd contact gelegd met de plaatselijke Rabobank en Drukkerij van Wijland. Beiden durfden het aan om de Historische Kring te sponsoren en zo kon een 56 pagina’s dik themanummer in een geheel nieuwe vormgeving worden uitgebracht. De nieuwe vormgeving had succes en er werden veel losse nummers verkocht. Dit resulteerde in een omvangrijke groei van het donateursbestand. Een jaar later, in 1996, werd de schrijver van dit artikel gevraagd om voorzitter te worden van de Historische Kring. Klaas Kool trad na 15 jaar voorzitter te zijn geweest terug uit het bestuur. Later dat jaar organiseerde de Historische Kring samen met de gemeente voor het eerst de Open Monumentendag en deze formule bleek een succes. Ter gelegenheid hiervan kon de Kring een reeks eigen wandel- en fietsroutes uitgeven rond verschillende thema’s.

De ‘zilveren troffel’ met de tekst: “Zevenende” Jonkvr. Machteld Wilhelmina van Loon. 3 maart 1926, Laren NH

De heer A. Kreuzen, schrijver van diverse boekjes over Laren, schonk eveneens in 1996 een grote collectie ansichtkaarten aan de Kring en daarmee kwam weer de wens boven om ook een eigen onderkomen te hebben. Inmiddels waren de zusterverenigingen in omliggende plaatsen al veel verder dan in Laren. Blaricum en Eemnes kregen een eigen oudheidkamer, respectievelijk in een deel van een boerderij en in een voormalige brandweerkazerne. Het aantal donateurs van onze kring was inmiddels verder gegroeid naar zo’n 300.

In 1997 werd A.H.F. (Wiet) de Boer de nieuwe secretaris van de Kring. Ook Elske de Groot-Klein trad toe tot het bestuur. Dit jaar werd gebruikt om een onderzoek uit te voeren naar de wenselijkheid en het nut van een oudheidkamer in het dorp. Er werden in korte tijd ruim 500 steunbetuigingen opgehaald. Met het gemeentebestuur, raadsleden en andere betrokkenen werden oriënterende gesprekken gevoerd en dit leidde ertoe dat eind 1997 de gemeenteraad bij de begrotingsbehandeling bepaalde dat de Historische Kring Laren een plaats zou krijgen in de deel van de gemeenteboerderij ‘De Lindenhoeve’ aan de Burgemeester van Nispenstraat 29.

In 1998 werd de vormgeving van het Kwartaalbericht opnieuw aangepast. Er werd gekozen voor een strakkere aanpak; een dieprode kleur en een strak, ietwat nostalgisch dertiger jaren lettertype werden gebruikt om de huisstijl vorm te geven. Het omslag is tot de dag van vandaag in gebruik. De vormgeving, die door Peter de Wit werd uitgevoerd, wordt inmiddels verzorgd door Hans Schaapherder.

Een eigen onderkomen
In 1998 startte ook de ‘Actie Lindenhoeve’. Er werd een sponsorboekje gemaakt waarin de plannen werden gepresenteerd. Voor uitvoering van de plannen golden twee voorwaarden: er was ruim 110.000 gulden nodig voor de inrichting van de oudheidkamer en er kon alleen een sociale huurprijs worden betaald. Een jaar later was iets meer dan de helft van het bedrag binnen. Door een grote sponsoractie, speciale uitgaven en een grote inzet van bestuur en vrijwilligers liep dit bedrag in 1999 verder op. In het voorjaar werd door de Rabobank een garantie gegeven dat de benodigde gelden zouden worden behaald. Dit was het sein dat met de restauratie van de boerderij kon worden begonnen. Er werd een sponsorbord geplaatst voor de inmiddels behoorlijk onderkomen deel van de boerderij. Leuke acties werden uitgevoerd door ondernemers, zoals de uitgave van een boekje over de Lindenhoeve en de verkoop van een speciale pannenkoek.

Inmiddels waren er een aantal schenkingen gedaan aan de Kring en gezien de uiteenlopende aard van de activiteiten ontstond het idee om, als de boerderij toch zou worden gerestaureerd, hier meteen een archiefkelder onder aan te brengen. Dit idee werd door de gemeente overgenomen en het restauratieplan werd aangepast. 

Met de toetreding van Kathinka Kremer, Herman Strating en André de Valk werd nieuwe deskundigheid toegevoegd aan het bestuur. Het aantal donateurs groeide evenredig en zo steeg het aantal donateurs tot ver boven de 650.

Begin 2000 werd de 100.000 guldengrens gepasseerd. Een grote actie van de Rabobank leverde maar liefst 25.600 gulden op voor de Historische Kring. Met dit bedrag kon de Kring natuurlijk goed vooruit! In het voorjaar werd door de gemeente gestart met de restauratie van de boerderij.

In hetzelfde jaar werd een derde routegids gepresenteerd ter gelegenheid van de Open Monumentendag, werd de tweede ansichtkaart in een historische reeks uitgegeven en werd gewerkt aan de uitgave van ‘Tijdsbeeld Toen & Nu, 150 jaar Laren’. Op 17 november kon het boek worden gepresenteerd… in de Lindenhoeve. Door de toenmalige burgemeester L.H.Th. Hendriks werd symbolisch de sleutel overhandigd, terwijl de Kring tevens een startsubsidie van 7000 gulden werd toegekend. Hoewel de bouw nog niet helemaal gereed was, laat staan de inbouw die de Kring zelf moest verzorgen, kon in de Lindenhoeve wel een open huis worden gehouden. Bijna 1000 bezoekers kwamen een dag later een kijkje nemen in de nog kale, maar fraai gerestaureerde ruimte. 

Stroomversnelling
In 2001 was het dan zover: na een periode van hard werken, waarbij een complete inbouw met deuren, wanden, een keukentje, toilet, geluid, verlichting enz. enz. werd gerealiseerd, kon de Lindenhoeve op 22 maart 2002 feestelijk in gebruik worden genomen. De tuin werd aangelegd door Rob Verlinden. Niet zonder discussie, maar het resultaat was gratis infrastructuur: hagen, stenen en vaste planten kreeg de Kring om niet.

De flexibele indeling van de Lindenhoeve maakte dat voor alle tentoonstellingen die de Kring zou organiseren er steeds nieuwe mogelijkheden waren. Als basis zijn er nog steeds de ‘stoelen’: grote tentoonstellingselementen waarop een aantal thema’s uit de geschiedenis van Laren wordt verteld. Tientallen tentoonstellingen werden sinds de opening georganiseerd. Soms heel klein, anderen grootser. Mary van der Schaal-de Valk trad hiertoe toe in het bestuur. Allerlei onderwerpen kregen aandacht: van Sint Jan tot de Scouting, van de kermis via de Ramblers tot de Klepperman van Elleven. Het leukst waren naar mijn mening die tentoonstellingen, waarbij een Larense vereniging jubileerde. Vaak kwam het bestuur aanzetten met eigen memorabilia, die dan op een of andere manier een plek moesten krijgen in de Lindenhoeve. Die gesprekken, het opstellen, zoeken, plaatsen, alles in beperkte vrije tijd, dat maakt dat je de mensen in het dorp goed leert kennen.

Door de activiteiten en het enthousiasme werden meer en meer schenkingen gedaan. Probleem daarbij is dat de ruimte bij de Kring beperkt is. Vaak werden spullen aangeboden die niet gewenst waren, omdat de vraag is wat de Kring er in het kader van haar exposities mee zou moeten. Beleefd weigeren was soms geen optie, afvoeren evenmin. Daarom werd vaak druk gediscussieerd over een verzamelbeleid. Hetzelfde gold voor zaken, die we wel wilden hebben, maar die aangeschaft moesten worden. Slechts een enkele keer kon en wilde de Kring overgaan tot aankoop. Een zilveren troffel waarmee huis Zevenend gebouwd werd en sieraden die een onderdeel vormden van de Larense dracht. Dat waren zo de aankopen. Maar ook werden zeer bijzondere voorwerpen geschonken. Zo bezit de Kring een zilveren ambtsketen, kregen we studiepaneeltjes van William Singer jr., een deel van de verzameling van Gerard Koekoek, en heeft de Kring een uitgebreide (en inmiddels gedigitaliseerde) collectie ansichtkaarten en zijn soms unieke manuscripten, foto’s en boeken geschonken.

Ook andere aspecten van de Larense historie kregen aandacht, al is – binnen een organisatie als deze – alles afhankelijk van de kennis, tijd en beschikbaarheid van vrijwilligers. Yvonne Majoor kwam het bestuur versterken met haar kennis en inzet mbt de genealogie van de Larense families. Zij zou ook aan de basis staan voor een goede nieuwe website, die als laatste grote project voor de overdracht van mijn voorzitterschap werd gerealiseerd.

Een van de grootste projecten was wel de digitalisering van de Laarder Courant de BEL. Hoewel we zelf er niet veel ‘eigen’ van hadden, moest er meer dan 50.000 euro zien te worden opgehaald en moesten we kennis krijgen van nieuwe, duurzame technieken en gebruiksmogelijkheden via het web. André de Valk heeft zich er jarenlang mee bezig gehouden, maar met resultaat.

Simon Dikstaal kwam als secretaris in het bestuur, en boorde nieuwe geïnteresseerden aan voor de Kring. Bep De Boer richtte zich meer op het archief, en wist een klein team om zich heen te groeperen. Gerard Schouten zette als penningmeester degelijke lijnen uit om financieel op orde te blijven. Met de scholen werd contact gezocht, al was dit soms lastig gezien de tijd en de beschikbaarheid. Jaarlijks kwam de Kring met nieuwe publicaties, was zij aanwezig bij de Oogstfeesten en op Koninginnendag werd de Open Monumentendag georganiseerd, de laatste jaren samen met de Activiteitenmarkt (nu Inmarkt) met de Warrekam.

Terugkijkend is er natuurlijk veel meer te vertellen over dertig jaar eigen geschiedenis. Ik pik er slechts een paar hoogtepunten uit, terwijl er ongetwijfeld nog meer is te melden. Het belangrijkste van de afgelopen dertig jaar is denk ik de grote groei van de belangstelling voor de Larense historie, en bovenal de toeloop van vrijwilligers die zich op een of andere manier hebben ingezet of nog inzetten voor de Kring. Niet alleen de wekelijkse openstelling, het maken van het tijdschrift, de website, de financiën, enzovoorts, maar ook het schoonmaken, het tuinonderhoud, het inspringen bij evenementen. Dat alles is uniek, vereist veel inzet, maar ook coördinatie. Dat laatste staat nu sinds een paar jaar onder de bezielende leiding van Antoinetty van den Brink. Met een deels vernieuwd bestuur, met nieuwe ideeën, onderwerpen voor exposities en uitgaven en activiteiten is de Kring meer dan ooit in het dorp aanwezig. De slogan die zij introduceerde: “Bestudeer én etaleer de geschiedenis van Laren” maakt dat met inzet van allen de stichting nog zeker dertig jaar mee kan. Chapeau aan allen!