Ondermaatse paling

Op vrijdag 9 oktober 1942 stonden drie mannen, twee uit Huizen en één uit Laren, voor de kantonrechter in Hilversum. Het waren ‘ondermaatse palingzondaars’, zoals de kantonrechter ze noemde. Eerder waren ze al voor de rechter verschenen, dus ze wisten wat ze verkeerd hadden gedaan. Nu hadden ze een lading ondermaatse paling aan de man willen brengen.
Dit artikel is afkomstig uit Kwartaalbericht 164 [2023-2]. Leden van de Historische Kring Laren ontvangen het kleurrijke glossy magazine 4 keer per jaar. U kunt hier lid worden. Losse nummers zijn à € 9,50 per stuk in de Lindenhoeve en bij Bruna te koop, zolang de voorraad strekt.
Tekst: Bep (G.L.) De Boer
Op hun fietstocht met bakken vol ondermaatse paling waren ze in Laren tegen de lamp gelopen. En nu stonden ze voor de zoveelste keer voor de rechter. Wat zijn echter ondermaatse palingen? Dat is paling (aal) die volgens het Reglement in de visserijwet uit 1985, en dat zal in 1942 niet veel anders zijn geweest, minstens 28 cm moet zijn. Daaronder is het ondermaats. Het driespan had in de Huizer haven van een visser een flinke lading van 180 kilo ondermaatse paling gekocht. Natuurlijk wisten ze niet meer wie die visser was, die was al weer uitgevaren voor een volgende lading.
“En jullie weten natuurlijk weer niet wie die visser was.” “Nee meneer de rechter.”
De heren hadden al eerder een flinke boete opgelopen en stonden nu weer voor de rechter en die was hier niet blij mee.
“Veertien dagen,“ hoorden ze mr. Van Loon zeggen. Veertien dagen? Dat was me wat. Veertien dagen! “Meneer de rechter,” vroeg één van de drie, “kan het niet een kleine geldboete worden? Ik kan niet gemist worden in mijn gezin. En me maten ook niet.”
Mr. Van Loon, de kantonrechter, was onverbiddelijk. “Veertien dagen en geen dag minder.” De Laarder zei nog dat het de eerste keer was dat hij meedeed met deze mannen en dat hij eerst niet eens wist waar ze in handelden. Ze hadden het gehad over ‘pieten’ en hij wist echt niet wat pieten waren en vroeg een wat mildere straf. “Ik heb het nooit eerder gedaan,” pleitte hij.
Mr. Van Loon keek ze heel bars aan. “Vijftig gulden of tien dagen,” en daarmee was de zaak gesloten.
Bronnen: De Gooi- en Eemlander 10 oktober 1942; Wikipedia