In gesprek met… Hemmy Wong

In gesprek met… Hemmy Wong

Eigenaar van het onlangs definitief gesloten Chinees-Indisch specialiteitenrestaurant Golden River

Als ik Hemmy bel om een afspraak te maken voor een gesprek, krijg ik geen gehoor. Als Hemmy mij kort daarna uit zichzelf terugbelt, legt hij me uit dat hij net met een aantal mensen bezig was de twee stenen leeuwen, die jarenlang de ingang van het restaurant sierden, af te voeren. Voorwaar een gepast moment om een afspraak te maken om samen eens te praten over wat dáár allemaal aan voorafging. Hemmy reageert enthousiast. Zeker als ik 1 oktober voorstel als gespreksdatum. “Prima dag daarvoor”, laat hij me zonder nadere uitleg weten. 

Dit artikel is afkomstig uit Kwartaalbericht 154 [2020-4]. Leden van de Historische Kring Laren ontvangen het kleurrijke glossy magazine 4 keer per jaar. U kunt hier lid worden. Losse nummers zijn à € 4 per stuk in de Lindenhoeve te koop, zolang de voorraad strekt.

Hein Calis

Een feestelijke ontvangst 
Die uitleg volgt als ik Hemmy 1 oktober in zijn gesloten maar nog goeddeels in de oude staat verkerende restaurant spreek. Ik word ontvangen met een kopje vers gezette Chinese thee met een paar plakjes moon-cake erbij. Hemmy vertelt dat het vandaag voor de Chinezen een bijzondere dag is, een dubbele feestdag. “1 oktober is de nationale feestdag, Guo Qing Jie”, legt hij uit. En dit jaar valt dit feest toevallig samen met een ander groot Chinees feest: het Moon-cake-festival, dat op de 15e van de 8ste maand in de Chinese maankalender valt. Op die dag in het midden van het Chinese herfstseizoen is de maan het volst en helderst. Een belangrijk moment in de Chinese traditie. Voor Hemmy om die dubbele reden een prima dag om gasten te ontvangen en ver van huis zo samen wat traditionele cake te delen. “De Chinezen”, zo vertelt hij me, “hebben een echte eetcultuur en eten van ‘s morgens vroeg tot ‘s avonds laat wel vijf keer per dag”. Hemmy is, ook al is hij al ruim 50 jaar in Nederland en volledig geïntegreerd, in hart en geest toch vooral nog Chinees. Dat brengt ons op het verhaal van zijn herkomst en zijn komst naar Nederland.

Van Hongkong naar Nederland
Hemmy is in 1954 in Hongkong geboren als derde kind van vader Hing Tong en moeder Lin Dai. Zijn vader is in 1960 – op zoek naar een beter bestaan – samen met een aantal andere Hongkong-Chinezen per boot naar Marseille vertrokken om van daaruit in Amsterdam te belanden. Zijn in verwachting zijnde vrouw met hun vier andere kinderen voorlopig achterlatend. Als kok vindt vader Wong al snel werk in diverse Chinese restaurants in de hoofdstad. “Mijn vader”, zo vertelt Hemmy trots, “had drie handen en hij maakte lange dagen.” Zo kon hij zijn positie steeds verbeteren en kwam er zelfs op een goed moment een baas die hem naast salaris ook een verblijfsvergunning bezorgde. Van zijn met hard werken verdiende en zuinig gespaarde geld liet hij eerst zijn vrouw en vervolgens één voor één zijn vijf kinderen overkomen. 

In 1968 is Hemmy aan de beurt. Hij zit dan als 14-jarige in Hongkong voor de tweede keer in de eerste klas van het middelbaar onderwijs. Niet dat hij een slechte leerling was, maar door vertraging in de procedure om naar Nederland te kunnen komen, begon het nieuwe schooljaar weer, terwijl hij al uitgeschreven was voor leerjaar 2. Op zijn oude school kon hij daarom niet meer terecht. Op een andere wel, maar dan wel in 1. “En zo kwam het”, legt hij me lachend uit, “dat ik de enige leerling in Nederland werd die voor de derde keer mavo 1 deed.” Want aangekomen in het Limburgse Echt, waar het gezin in die tijd woonde, moest hij met een enorme taalachterstand voor Nederlands en met een even grote voorsprong in de vakken Engels en wiskunde wederom van vooraf aan beginnen. Al met al een mooie mix om rustig in en aan zijn nieuwe thuisland te wennen.

Naar Laren
Vader Wong heeft zich intussen enorm opgewerkt en is van Amsterdam, waar hij na jarenlang hard werken voor anderen, eindelijk zijn eerste eigen restaurant heeft kunnen openen aan de Zeedijk, via Dordrecht in Limburg terecht gekomen. Daar opent hij uiteindelijk maar liefst 10 restaurants verspreid over de gehele provincie. Toch keert de familie na enige tijd weer terug naar Amsterdam. Hemmy legt met een glimlach uit dat één van de drijfveren voor zijn vader was: in de hoofdstad aan allen die hem kenden, laten zien dat die arme Hongkong-Chinees van weleer zich met goed en verstandig zaken doen had opgewerkt tot een vooraanstaand restaurateur. De zaken blijven ook in Amsterdam goed gaan en in 1976 koopt vader Wong in Laren het hotel ‘De Hertenkamp’. Hij vestigt daarin Chinees restaurant ‘the Blue Lotus’ waar zijn oudste dochter Wai Mei de scepter gaat zwaaien. In 1986 neemt Hemmy de taak en de zaak van zijn zus over. Hij verandert daarbij de naam in ‘Golden River’. Vanaf die tijd steekt hij ruim 33 jaar lang zijn ziel en zaligheid in het vervolmaken van zijn levenswerk: gasten gemoedelijk en gastvrij ontvangen en een uitstekende Chinees-Indische maaltijd voorzetten.

Mooie herinneringen
Dat hard werken en aanpakken in de familie zit, was me uit het voorgaande in ons gesprek al duidelijk geworden. Ook Hemmy gaat in die familietraditie mee. “Ik werkte jarenlang 7 dagen per week en maakte dan bij elkaar zo’n 80 uur”, vertelt hij me. Hij roemt daarbij de inbreng en inzet van zijn twee jaar geleden helaas overleden vrouw. “Eigenlijk is zo’n baan geen werk, het is in feite je leven”, voegt hij eraan toe. Alle inzet is echter niet voor niets. Het restaurant groeit onder zijn leiding uit tot een alom gewaardeerd Chinees-Indisch specialiteiten-restaurant met maar liefst 168 zitplaatsen en een ruim afhaalgedeelte, waar het goed toeven is voor mensen van allerlei status en komaf. Hemmy zelf wordt van lieverlee een landelijk bekend restaurateur. Hij wordt lid en later ook secretaris van de FER (de vereniging van Fine Eastern Restaurants). Restaurants die samenwerken met de internationaal erkende restaurantverenigingen als Alliance Gastronomique, Les Patron Cuisiniers en Jeunes Restaurateurs. Vanuit zijn werk en functies haalt hij diverse keren de landelijke pers en ontmoet zo allerlei bekende mensen. “Kom maar eens mee”, zegt hij en neemt me mee naar een hoekje naast de bar van het restaurant. Daar hangen allerlei ingelijste artikelen en foto’s als trofeeën van gloriemomenten aan de wand. Hij wijst me op een foto waarop hij hand in hand staat met een knappe Aziatische dame. “Kijk”, zegt hij, “een van mijn gasten-vrienden: de koningin van Bhutan, Queen Tshering Pem Wangchuck. Een van de vier koninginnen; vier zussen die op dezelfde dag met de koning getrouwd zijn”, voegt hij er lachend aan toe. “En hier op de foto ernaast,” gaat hij verder, “staat zij samen met koningin Beatrix afgebeeld. Beiden lachend, hand in hand and cheek to cheek.” Ik zie ingelijste pagina’s van De Telegraaf en het Algemeen Dagblad en foto’s waarop hij te zien is met een grote diversiteit aan mensen. Mijn oog valt op een aantal ingelijste pagina’s van de Nederlands-Belgische uitgave van de National Geographic (mei 2014). Hierin een uitgebreid artikel over de geschiedenis en ontwikkeling van de Chinese restaurants in Nederland. Ze zijn bij Hemmy te gast en spreken met hem over zijn ervaring op dat gebied. Ik lees de startzin van het artikel en ontdek daarmee nog een prominente vaste gast: “Elke zondagmiddag na de Mis”, zo lees ik, “luncht pastoor Jan Vriend van de Sint-Jansbasiliek in restaurant Golden River in Laren. Hij is een van de vele vaste gasten van restaurateur Hemmy Kin Yu Wong en zijn staf…”. 

Als we weer gaan zitten, vertelt Hemmy over allerhande uiteenlopende gebeurtenissen uit zijn carrière: van het meespelen in een film met André Hazes en Ramses Shaffy, via drie keer meelopen in de marathon van New York, tot het meerdere malen mogen organiseren van een uitgebreid diner voor een groep van ca. 230 vooraanstaande gasten uit Hongkong, Nederlandse zakenleden en vertegenwoordigers van het ministerie in de bekende sociëteit ‘De Witte’ in Den Haag, een bijzonder mooie en eervolle taak.

Als we weer gaan zitten om ons gesprek af te ronden, wil hij nog één onderwerp aansnijden dat hem bijzonder veel plezier in zijn werk heeft bezorgd. Gedurende een periode van ruim 10 jaar heeft hij jaarlijks zo’n 38 stagiaires uit Indonesië voor een jaar in zijn restaurant en bij andere ­FER-leden aan het werk gehad. Deze jongelui, veelal afkomstig uit de betere kringen, volgden een hospitality-manage­ment-­­opleiding en liepen stage in Nederland. Hemmy werkte in die tijd samen met de Hogeschool van Leeuwarden waar ze studeerden. Hij bewaart mooie herinneringen aan het begeleiden van die jonge mensen. Naast hun Bachelor Degree, behaald aan de Indonesische hogeschool/universiteit, verkregen zij zo ook – na goedkeuring van hun in Nederland gemaakte scriptie – een Bachelor Degree van Stenden Hogeschool Leeuwarden. Dit tot vreugde en trots van zowel de studenten, als hun begeleider Hemmy. Hij is in de jaren daarna meerdere keren naar Indonesië afgereisd om zijn oude stagiaires te bezoeken en wordt daarbij, naar zijn zeggen, altijd gastvrij ontvangen en vorstelijk behandeld.

Afscheid
Terug naar het heden. In 2018 heeft Hemmy zijn pand verkocht aan een projectontwikkelaar. Ze spreken samen af dat het restaurant nog een tijdje open kan blijven, zolang de plannen voor sloop van het huidige gebouw en nieuwbouw op die plaats van een appartementencomplex nog in ontwikkeling zijn. De gemeenteraad is in het voorjaar van 2020 met de bouwplannen akkoord gegaan en het lijkt erop dat er in het voorjaar van 2021 een begin gemaakt zal worden met de werkzaamheden. Onlangs heeft Hemmy daarom zijn jarenlange carrière als bekend en gewaardeerd restaurateur afgerond met een feestelijk diner voor een gezelschap van genodigden en daarna de deur definitief op slot gedaan. “Het is goed zo,” zegt hij. De belangstelling voor het eten in Chinese restaurants is in de loop der jaren gezakt in Nederland. Er is een veelheid aan alternatieven bijgekomen. Voor hem persoonlijk speelt nog mee dat hij inmiddels de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt. Even leek het er nog op dat zijn zoon Alex de zaak elders zou doorzetten. “Maar”, zegt Hemmy, “de zoon moet het niet doen, omdat hij dat voor zijn vader zou moeten of willen doen.” “En”, gaat hij verder, “mijn kinderen hebben nog wel het Aziatisch uiterlijk, maar ze denken Westers en hebben andere interesses en een andere carrière opgebouwd. Begrijpelijk”. 

Blijft nog één laatste vraag over: “Waar zijn de twee stenen leeuwen van het begin van ons verhaal naar toe gebracht?” Die heeft Hemmy geschonken aan de “Groene Afslag”, de onlangs geopende multifunctionele, op duurzaamheid gerichte ontmoetingsplek op het terrein van het oude AZC Crailo aan de Rijksweg. Ze hebben daar o.a. een heel aantal vergaderzalen en flexwerkruimten, waarvan sommige al een thema hebben. Zo is er ‘het Erfgooierscafé’ en een ‘William Singerzaal’. Het is de bedoeling dat er ook een ‘Golden River-plek’ komt. Hemmy heeft de leeuwen geschonken en het is de bedoeling dat er nog meer attributen die kant op gaan. Zelfs de gehele luifel van de entree van het restaurant! Een mooi gebaar van en ook een goed gevoel voor mijn gesprekspartner. Die ziet zo iets van zijn levenswerk voor langere tijd nuttig aan de vergetelheid onttrokken. Er zijn nog meer gelukkigen die een aandenken aan de Golden-River-periode toebedeeld krijgen. Her en der in het restaurant zie ik naamstickertjes geplakt op vazen, stoelen, wanddecoraties e.d.. Hemmy heeft daarbij ook aan de Historische Kring gedacht. Hij neemt me mee terug naar de ingang. Daar wijst hij me op twee grote ingelijste rode doeken, ieder ongeveer een vierkante meter groot. Beide volgeschreven met namen en handtekeningen. “Deze doeken”, legt hij me uit, “zijn volgens goed Chinees gebruik gesigneerd door alle gasten die aanwezig zijn geweest bij de opening van de beide Wongrestaurants in Laren: de ene in 1976 bij de opening van de Blue Lotus, de andere in 1986 bij die van de Golden River.” Mooi dat de herinnering aan een kleine halve eeuw ‘Wong-geschiedenis’ in Laren op die manier levend gehouden kan worden.

Zelf gaat hij het lekker wat rustiger aan doen, hoewel hij daarbij duidelijk aangeeft op enige afstand toch wel betrokken te willen blijven bij en in het wereldje van de Chinees-Indische-restaurantgemeenschap. 

Het is hem beide van harte gegund!