Gerrit Benner (1897–1981)

Gerrit Benner (1897–1981)

Kunst uit het dorp van Mauve

Kunstschilder, Glazenier en tekenaar

Gerrit werd geboren in 1897 in Leeuwarden. Zijn vader Hendrikus Jacobus Benner was timmerman en getrouwd met Idske Zijlstra. Gerrit bleef enig kind. Zijn opleiding bestond uit een scholing tot huisschilder op de ambachtsschool. En zoals meer voorkwam, leidde het vak van huisschilder tot kunstschilder.

Dit artikel is afkomstig uit Kwartaalbericht 154 [2020-4]. Leden van de Historische Kring Laren ontvangen het kleurrijke glossy magazine 4 keer per jaar. U kunt hier lid worden. Losse nummers zijn à € 4 per stuk in de Lindenhoeve te koop, zolang de voorraad strekt.

Mary van der Schaal

Over zijn schooljaren is weinig te vertellen. In 1918 trouwde hij met Geesje Schaap. Zij kregen twee zoons. Om een centje bij te verdienen om voldoende inkomen te hebben, openden zij een winkel onder andere in lederwaren en aanverwante artikelen. In de avonduren en weekeinden begon Gerrit voor zichzelf met vrij schilderen. Zijn onderwerpen waren in het begin veelkleurig in een soort van neo-expressionistische stijl. Hij hanteerde het cobra-idioom.

In 1937 werd de winkel failliet verklaard en raakte hij in een diepe depressieve crisis. In uiterste wanhoop vernielde hij al zijn schilderwerk en dat werd het keerpunt in zijn leven, zowel mentaal als psychisch. Heel langzaam begon hij op te bloeien en kreeg hij steeds meer plezier in zijn werk.

De Tweede Wereldoorlog brak uit en het gezin Benner probeerde daar zo goed mogelijk door te komen. In 1942 duiken Gerrit, Geesje en hun zonen Henk en Pieter onder in Eernewoude. De schuur op dat onderduikadres wordt later zijn atelier. Pas in 1945 koos Benner definitief voor het kunstenaarschap.

Omdat hij te weinig contacten had in het toen nog cultureel arme Friesland, vertrok het gezin in 1953 naar Amsterdam. Daar kreeg hij kennis van de recente ontwikkelingen in de schilderkunst. Hij werd opgenomen in de na-oorlogse vernieuwings­beweging die het kunst­klimaat in Amsterdam beheerste. Tevens nam hij het atelier van Karel Appel over. 

Dichtbij het Gooi wonende schilderde hij veel in Laren en omgeving. Hij ontmoette Siep van den Berg en zijn vrouw Fie Werkman en kwam zo ook in aanraking met het werk van Hendrik Werkman. 

Door die verhuizing naar Amsterdam kwam hij intensiever in contact met de sfeer en het werk van de cobraschilders. Het stimuleerde hem tot vrijere expressie en tot gebruik van dikker in de verf gezette doeken. Toch kon hij de band met de natuur uit Friesland niet loslaten. Steeds opnieuw gebruikte hij onderwerpen uit de natuur, land, wolken, water, koeien, paarden en bloemen om zijn fantasiewereld in veelkleurige abstracte neo-expressionistische stijl uit te drukken.

Benner, een laatbloeier, is zowel landelijk als internationaal een befaamd kunstenaar geworden. Zijn snelle bewegingen in zijn werk tonen een kleurig, krachtig eenvoudig expressionisme en houden daardoor de belangstelling vast. Elk bezoek aan zijn atelier verrast.

Vele exposities vanaf 1945 tot en met zijn dood krijgen nog steeds veel aandacht. Benner ging op latere leeftijd terug naar zijn geboortegrond. Vanaf 1971 woonde hij in Gaasterland. Hij werd in 1955 gelauwerd met de Prijs van het Kunstenaarsverzet 1942-1945. Benner won een tweede prijs op de Biënnale van Sao Paulo, ontving de Guggenheim Prize for de Low Countries in 1958, en de International Hallmarkt Art Award New York. Werk van Benner is onder meer in het bezit van het Stedelijk Museum (Amsterdam), het Van Abbemuseum (Eindhoven), het Fries Museum (Leeuwarden), het Rijksmuseum Twente (Enschede), het Kunstmuseum Den Haag, en het Museum Belvèdére in ­Heerenveen.

In 2003 hebben Provinciale Staten van de provincie Fryslãn een tweejaarlijks prijs ingesteld en naar Benner vernoemd. Het betreft een oeuvreprijs of een prijs voor een kunstenaar wiens werk recentelijk een belangrijke ontwikkeling heeft doorgemaakt. De eerste Gerrit Bennerprijs voor Beeldende Kunst werd uitgereikt in 2005. Benner overleed op 19 november 1981 in Nijermidum in Friesland.

Bronnen: Stedelijk Museum Amsterdam, Internet