De Dievenbachs en de verfwinkel
Namens de firma Lion Schulman bestiert zijn zoon David in Laren tot omstreeks 1915 een dependance van zijn kunsthandel in Hilversum waar veel plaatselijke schilders hun materialen zoals linnen en olieverven inslaan. Nadat David Schulman zich volledig op het schilderen heeft gericht, sticht de Vereniging van Beeldende Kunstenaars Laren-Blaricum (VBKLB) een verfwinkel. Op gezamenlijke basis koopt de vereniging schilderspullen in. Henri (1872-1946) en Maria (1877- 1943) Dievenbach exploiteren de winkel vele jaren met succes tot de verkoop eind jaren 30 sterk terugloopt en de winkel in 1941 wordt gesloten.
Foto: Henri Dievenbach, zelfportret als jonge man met hoed; olieverf op paneel, 21 x 16 cm.
Dit artikel is afkomstig uit Kwartaalbericht 170 [2024-4]. Leden van de Historische Kring Laren ontvangen het kleurrijke glossy magazine 4 keer per jaar. U kunt hier lid worden. Losse nummers zijn à € 9,50 per stuk in de Lindenhoeve en bij Bruna en de Larense boekhandel te koop, zolang de voorraad strekt.
Tekst: Peter C.L. van der Ploeg
Hulde aan de Dievenbachs
De publicatie van het boekje ‘Hendrik Anthonius Dievenbach, een Larense kunstschilder uit de schaduw’, is een mooi eerbetoon aan Henri Dievenbach en gelijk ook aan diens vrouw Maria 1. Zo tilt auteur Rob Enthoven het echtpaar daadwerkelijk even uit de vergetelheid. De Dievenbachs beheren vanaf 1924 de materialenwinkel van de vereniging. Zij gaan niet zonder meer in op het verzoek. Enthoven suggereert dat zij de verfwinkel van Schulman voortzetten, maar dat is onwaarschijnlijk. Autodidact Schulman staakt zijn winkelactiviteiten al zeker tien jaar eerder om zich geheel aan het schilderen te wijden. Wanneer precies heb ik niet kunnen achterhalen. Het is wel zeker dat Schulman hen van advies dient, op basis van zijn ervaring en hij zit ook in de winkelcommissie die namens de VBKLB toezicht houdt op het runnen van de winkel.
Rob Enthoven geeft ook een resumé van de dienstbaarheid van de Dievenbachs waar het de exploitatie van ‘het winkeltje’ betreft. Zij krijgen een onkostenvergoeding voor hun inzet, maar willen voor hun werk niet beloond worden. Als vrijwilligers stellen zij een deel van hun woning aan de Ruiterweg 13 in Laren beschikbaar als depot voor schildersmaterialen.
Toch krijg ik de indruk dat de Vereniging en in het bijzonder David Schulman, de familie Dievenbach de winkel toespelen om haar financieel te ondersteunen. Het is niet zo dat Schulman zijn verfwinkel direct heeft overgedaan als een commerciële transactie. Verschillende leden van de Vereniging waaronder Heijenbrock en Vredenburgh winnen informatie in bij producenten in schildersmaterialen zoals Talens om de inkoop tegen gunstige prijzen te regelen. Het gaat daarbij om o.a. verschillende verven, schilderslinnen en spielatten.
Centrum voor schilders van Laren en Blaricum
Henri en vooral Maria Dievenbach passen 17 jaar op de winkel. Het kan geen gemakkelijke opgave zijn met tientallen schilders die op onregelmatige tijden aankloppen voor verf of linnen, alhoewel er enige regulering bestaat wat betreft de openingstijden. Velen zullen specifieke voorkeur tonen voor bepaalde verven, hetgeen de inkoop compliceert. Niet alle schilders betalen hun bestelling direct, waardoor ook de administratie de nodige attentie en accuraatheid noodzakelijk maakt. De Dievenbachs oogsten dan ook veel dank van het bestuur in de jaarvergaderingen. Het bestuur realiseert zich wel dat van dank alleen de schoorsteen niet kan roken. De Dievenbachs wensen geen geldelijke beloning voor hun ‘vrijwillige’ inspanningen. Het bestuur kent hen toch een jaarlijkse vergoeding toe van 200 gulden die in de vergadering van 7 mei 1926 wordt verhoogd naar fl.250,-. De winkel realiseert in die beginjaren (’24, ‘25, ’26) omzetten van 4000 tot meer dan 5000 gulden. Een percentage van 5 % van de verkregen korting op de ingekochte materialen wordt afgedragen aan de verenigingskas.
Waarschijnlijk zien en spreken de Dievenbachs een grotere verscheidenheid aan leden in de ‘coöperatieve’ verfwinkel – die eigenlijk geen coöperatieve winkel is – dan de bestuursleden op de ledenvergaderingen. Henri en Maria zullen misschien meer dan de bestuursleden op de hoogte zijn met wat er leeft onder de leden. Zowel bij de amateurs als de vakschilders.
Wanneer Schulman de VBKLB verlaat en verder gaat in de Gooische Schildersvereeniging stuurt Dievenbach een brief aan het nieuwe bestuur van de VBKLB onder leiding van Co Breman waarin hij ‘zijn verwondering uitspreekt over de houding der laatste algemene vergadering en zijn dank betuigt aan den Heer Schulman, voor datgene wat hij voor de Vereeniging van beeldende Kunstenaars en de Coöperatieve Verfwinkel steeds vol ijver en toewijding deed 2.’
Henri heeft zijn atelier achter de woning aan de Ruiterweg 13 in Laren. In een interview in de krant ter ere van zijn 60e verjaardag vertelt Henri dat zijn vrouw een zus is van de schilder Barend Hendrik ter Weeme (1880-1956) 3.
In 1941 sluit de winkel bij gebrek aan voldoende verkopen. Henri en Marie zijn inmiddels 70’tigers. Johan Briedé toont zich bereid om vanwege zijn relatie met de handel namens individuele leden inkopen te verzorgen.
Dit artikel is een variatie op het hoofdstuk ‘De verfwinkel’ in het boek: ‘Verenigde Solisten, 100 jaar Vereniging Beeldende Kunstenaars Laren Blaricum1921-2021’, Uitgave van VBKLB in 2022. Auteur Peter C.L. van der Ploeg.
Noten:
- Rob Enthoven; Hendrik Anthonius Dievenbach, een Larense schilder uit de schaduw, Uitgeverij van Wijland, 2006.
- Notulenboek Bestuursvergadering 2 october 1931-23 februari 1937; notulen van 13 maart 1935.
- Henri Dievenbach 60 jaar: Laarder Courant de Bel 15-7-1932.