‘n Begrafenis

‘n Begrafenis

Dit verhaal werd in 1932 geschreven door een meisje van 15 jaar. Zij is nu 91 jaar en gaf ons dit verhaal. Zij schreef het verhaal/opstel op school, precies zoals zij het beleefde. Voor het opstel kreeg zij een 8 en voor het schrijven een 6 (of misschien andersom want de cijfers staan boven elkaar). De schrijfster van het verhaal wil anoniem blijven.

Dit artikel is afkomstig uit Kwartaalbericht 108 [2009-2]. Leden van de Historische Kring Laren ontvangen het kleurrijke glossy magazine 4 keer per jaar. U kunt hier lid worden. Losse nummers zijn à € 4 per stuk in de Lindenhoeve te koop, zolang de voorraad strekt.

Bep De Boer

Het was één van de laatste dagen van de groote vacantie. Het was prachtig weer en de zon stond hoog aan de blauwe hemel, toen één van onze groote mannen begraven werd en wel Jan Hamdorff. Hij had veel goed gedaan tijdens zijn leven, gaf geweldig veel aan de armen en was raadslid. Op de Brink, de plaats waar zijn woning stond, waren een groot aantal menschen om de groote weldoener uit zijn huis te zien dragen. Ongeveer half twaalf (want hij was niet katholiek), kwamen de dragers uit het huis met de groote, mooie kist. Daarna werden de bloemstukken en bouquetten in de andere rijtuigen gedaan. Zij vulden samen wel twee rijtuigen.
Het was doodstil op de anders zoo drukke weg. De verkeersagenten regelden het verkeer zóó, dat alle auto’s een omweg moesten maken. Toen vertrok de stoet naar het Algemeene Kerkhof.

Wij reden gauw door. Guusje, achter op Mia’s fiets en ik bij Itie. Wij sjeesden hard door, omdat wij dachten een mooie plaats te hebben op het Kerkhof. Maar dat hadden we mis. Er waren touwen gespannen en achter die touwen stonden massa’s menschen. Toch zijn we vooraan gekomen. Weer regelde de politie alles. Bij ons in de buurt stond een “mevrouw” voor het touw. Maar die stond daar niet op haar gemak, want spoedig kreeg zij het met één van onze “beroemde” agenten aan de stok en zooals dit op een Algemeen Kerkhof te verwachten is, kregen zij ruzie, in woorden dan. Het eind van het liedje was dat zij ook net als de andere menschen achter het touw moest.Eerst stond ze nog wel te mopperen, maar toen de begrafenis aankwam, had ze geen tijd meer om te brommen, maar nu gaf zij haar oogen de kost. Met veel lawaai werd de kist neergelaten. Er kwam een koud gevoel in mij, zoo maar net als een beest in de diepte neergelaten te worden, zonder gebed of iets. Toen zeiden de burgemeester, eenige vrienden en kennissen nog een woordje en ging de stoet weer naar huis om daar misschien wel het testament te openen. Hier en daar zegt men dat er een monument op de Brink voor zijn huis zal komen, ter herinnering aan de groote weldoener van Laren.

De hotelhouder, gemeenteraadslid, kunstenaars vriend, enz. overleed op 9 augustus 1931 te Laren. Na zijn overlijden kwamen verschillende commissies in actie en inderdaad kwam er een beeld van Jan Hamdorff. Het werd gemaakt door Gerard Hoppen in de dertiger jaren van de vorige eeuw. Het heeft jaren in de tuin van het Hotel Hamdorff gestaan. Na de sloop van het hotel heeft het nog een poosje voor de slagerij van Spoelder aan de Nieuweweg gestaan. Omdat vandalen steeds zijn neus er af sloegen heeft men hem veilig opgeborgen. Komend vanaf de Nieuweweg ziet u hem nu rechts achter het glas staan. En op 12 augustus 1932 werd de Jan Hamdorff­bank onthuld op de hoek Brink/Klaaskampen door een kleindochter van wijlen Jan Hamdorff, Martha Ruisendaal. De bank werd ontworpen door een neef van Jan Hamdorff, de architect Wouter Hamdorff en werd gemaakt door de kunstenaar Adrianus Remiëns.